KuA stijlen en stromingen oefening cultuur van het Moderne
1 / 12
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Welke jaartallen horen er bij
het Modernisme?
het Modernisme?
A
1850-1900
B
1900-1950
C
1950-2000
D
2000- heden
Slide 2 - Quiz
Welke kenmerken passen bij
het Modernisme?
het Modernisme?
A
traditioneel, kwaliteit, waarneming
B
consumptie maatschappij, alledaags
C
experimenteel, expressief, radicaal, primitief, onderbewuste
D
inhoudsloos, onbegrensde mogelijkheden.
Slide 3 - Quiz
Slide 4 - Slide
Expressionisme
Futurisme
De Stijl
Kubisme
Dadaïsme
Slide 5 - Drag question
Expressionisme
Futurisme
Kubisme
Surrealisme
Dadaïsme
Slide 6 - Drag question
Welke stroming hoort waarbij?
intuitief, het verstand op nul, het gevoel uitdrukken
analyse, zoeken naar essentie, met het verstand (ratio)
Bauhaus
De Stijl
Expressionisme
Futurisme
Kubisme
Constructivisme
Fauvisme
Slide 7 - Drag question
Bij welke stromingen wordt geabstraheerd? /komt abstractie voor?
Slide 8 - Open question
de Stijl
futurisme
kubisme
constructivisme
surrealisme
dada
expressionisme
Slide 9 - Drag question
Wat is een manifest? En waarom wil je die schrijven?
Slide 10 - Mind map
Welke gebeurtenis markeert het einde van de cultuur van het moderne?
Slide 11 - Open question
Heb je nog vragen?
