This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 100 min
Items in this lesson
Hoe was je vakantie? :)
Pak je werkboek, aantekeningenschrift en etui.
Startopdracht: Zoek iemand die......
Aujourd'hui, c'est mardi
H1A
Slide 1 - Slide
Zoek iemand die.... (vakantie editie)
Loop door het lokaal en zoek iemand die.....
Regel:
- max. 2 keer dezelfde naam
- neem pen mee voor het noteren van de naam
Terugblik meivakantie....
timer
3:00
Slide 2 - Slide
Le programme:
- Zoek iemand die....
- Grammaire H
Slide 3 - Slide
Les buts (leerdoelen):
- Aan het einde van de les....
1) kun je het bijvoeglijk naamwoord gebruiken
2) kun je iemand beschrijven
Slide 4 - Slide
Est-ce que tout le monde est présent?
- Zijn we compleet? Wie missen we?
Slide 5 - Slide
Grammaire H:
Ouvre le livre à la page 36
De vorm van het bijvoeglijk naamwoord + onregelmatige vormen
Verwachtingen....
Slide 6 - Slide
Grammaire H
Het bijvoeglijk naamwoord
De witte hond heet Kees.
Het ijsje is groot.
De blauwe auto is lelijk.
Welk woord in de zin is het bijvoeglijk naamwoord?
Slide 7 - Slide
Bijvoeglijk naamwoord past zich aan aan het zelfstandig naamwoord
Zie je terug in de woordenlijst -> noir(e) / grand(e)
La grande soeur
Le grand frère
Kijk dus altijd naar het zelfstandig naamwoord om te weten hoe je het bijvoeglijk naamwoord schrijft
Slide 8 - Slide
Uitlegvideo 1+2:
Kijk mee en luister mee!
Slide 9 - Slide
Standaard regel over de vorm:
Mannelijk
Vrouwelijk
Enkelvoud
-
-e
Meervoud
-s
-es
Leer dit uit je hoofd!
Slide 10 - Slide
La piscine est ..............
bleu / bleue / bleues / bleus
Slide 11 - Slide
La piscine est bleue
bleu / bleue / bleues / bleus
La piscine --> La = vrouwelijk enkelvoud --> +e --> bleue
Slide 12 - Slide
Le garçon est ..............
grand / grande / grandes / grands
Slide 13 - Slide
Le garçon est grand
grand / grande / grandes / grands
La garçon --> Le = mannelijk enkelvoud --> + X --> grand
Slide 14 - Slide
Uitlegvideo 3:
Onregelmatige vormen
Deze vormen moet je uit je hoofd kennen!
Slide 15 - Slide
1) Elle est ........ (oud)
2) Les livres (mnl. mv.) sont .......... (nieuw)
Schrijf de vertalingen in je boek erbij.
Vertaling
mannelijk enkelvoud
vrouwelijk enkelvoud
mannelijk meervoud
vrouwelijk meervoud
Mooi
Beau
Belle
Beaux
Belles
Nieuw
Nouveau
Nouvelle
Nouveaux
Nouvelles
Oud
Vieux
Vieille
Vieux
Vieilles
Slide 16 - Slide
1) Elle est vieille (oud)
2) Les livres (mnl. mv.) sont nouveaux (nieuw)
Vertaling
mannelijk enkelvoud
vrouwelijk enkelvoud
mannelijk meervoud
vrouwelijk meervoud
Mooi
Beau
Belle
Beaux
Belles
Nieuw
Nouveau
Nouvelle
Nouveaux
Nouvelles
Oud
Vieux
Vieille
Vieux
Vieilles
Slide 17 - Slide
Stappenplan:
1) Wat is de vorm van het bijvoeglijk naamwoord --> kijk naar het zelfstandig naamwoord ( - / -e / -s / -es)
2) Is het een onregelmatige vorm (beau / nouveau / vieux)?
Beau - belle - beaux - belles
Nouveau - nouvelle - nouveaux - nouvelles
Vieux - vieille - vieux - vieilles
Slide 18 - Slide
Au travail:
Quoi (wat)? Ga naar Magister > Studiewijzer. Hier vind je de antwoorden van het huiswerk (dit heb je gemaakt tijdens het MO). Kijk dit na en verbeter. Check of je de leerstof nu beter begrijpt.
Klaar? Maak ex. 31D (vertaal en maak het bijvoeglijk naamwoord) + 32C (zet de Franse zin in het meervoud, bekijk het voorbeeld) + 5AB (blz. 129)
Comment (hoe)? Individuellement ou ensemble en 2 (fluisteren)
Temps (tijd)? Tot het einde van de les
Prêt (klaar)? Ga beginnen met leren voor het proefwerk van dinsdag (13 mei)
Slide 19 - Slide
Les devoirs (huiswerk):
- Faire: ex. 31D + 32C + 5AB (blz. 129)
- Apprendre: grammaire H
Slide 20 - Slide
Vragen:
1) Zou jij met deze strengere regels nog naar Amerika willen reizen? Waarom wel of niet?
2) Wat vind je ervan dat immigratiemedewerkers je telefoon kunnen checken? Licht je antwoord toe.
timer
1:30
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Slide
Volgende les -> na meivak.
Slide 23 - Slide
Even oefenen...
Slide 24 - Slide
Quiz:
Koppel je laptop met de LessonUp!
Slide 25 - Slide
Een bijvoeglijk naamwoord....
A
zegt iets over een zelfstandig naamwoord
B
zegt iets over een werkwoord
Slide 26 - Quiz
Waar moet je op letten bij het bijvoeglijk naamwoord?
A
Of het vooraan de zin staat of achteraan
B
vorm ( mannelijk /vrouwelijk/meervoud)
C
vorm en of het een uitzondering is
D
hoofdletters
Slide 27 - Quiz
bijvoeglijk naamwoord + es
bijvoeglijk naamwoord + e
bijvoeglijk naamwoord + s
mannelijk meervoud
vrouwelijk enkelvoud
vrouwelijk meervoud
Slide 28 - Drag question
Het bijvoeglijk naamwoord kan 4 vormen hebben
Mannelijk
Vrouwelijk
Enkelvoud
Meervoud
grande
grandes
grand
grands
Slide 29 - Drag question
Bijvoeglijk naamwoord: wat is juist vorm?
A
La plage est grand.
B
La plage est grandes.
C
La plage est grande.
D
La plage est grand.
Slide 30 - Quiz
sleep de bijvoeglijke naamwoorden naar het juiste vak
mannelijk
vrouwelijk
grand
bleue
bleu
grande
intelligent
blonde
intelligente
blond
Slide 31 - Drag question
Wat is de juiste vorm van het bijvoeglijk naamwoord? --> is het bij enkelvoud le / la jean?