H1 woordenschat eerste les

Welkom bij Nederlands!





Check:
  • Staat je telefoon uit en zit hij in de telefoonbak?
  • Liggen alle spullen die je nodig hebt op tafel?






Op tafel ligt: 
  • Lesboek
  • Schrift
  • Agenda
  • Pen






1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with text slides.

Items in this lesson

Welkom bij Nederlands!





Check:
  • Staat je telefoon uit en zit hij in de telefoonbak?
  • Liggen alle spullen die je nodig hebt op tafel?






Op tafel ligt: 
  • Lesboek
  • Schrift
  • Agenda
  • Pen






Slide 1 - Slide




  • Je hebt je spullen op orde en komt op tijd.
 
  • Je maakt je huiswerk. 3x niet af of spullen niet in orde: nakomen.

  • Als je iets wilt zeggen: steek je vinger op. Als de docent je naam noemt, mag je iets zeggen.



  • Je luistert naar de docent en naar andere leerlingen.

  • Heb je een vraag? Stel hem!
In het lokaal en in de les

Slide 2 - Slide

  • Mediatheek
Vorige les

Slide 3 - Slide






H1 Woordenschat






Na de lessen deze week...

  • kun je de betekenis van een onbekend woord in de tekst vinden. 




Doel

Slide 4 - Slide

Maandag 12 september:
  • H1, woordenschat: opdr. 1 en 2








Huiswerk

Slide 5 - Slide

Je kunt de betekenis van een onbekend woord in de tekst vinden. 
Doel

Slide 6 - Slide





Werk in tweetallen. Eén leerling schrijft in het schrift: 
  • onbegaanbaar
  • jutten
  • overblijfselen
  • stikheet
  • flora en fauna

Laat erachter een beetje ruimte om de betekenis op te schrijven. 

De betekenis van een onbekend woord vinden

Slide 7 - Slide

Wat betekenen de onderstreepte woorden? 
  • Eén leerling blijft zitten en schrijft de woorden + betekenis op
  • De andere leerling loopt heen en weer en zoekt de betekenis.
  • Klaar? Ga allebei zitten en steek je vinger in de lucht. 
Weet je het niet? De betekenis staat in de tekst!
Een onbekend woord?

Slide 8 - Slide

  • onbegaanbaar =  niet begaanbaar
» je gebruikt een bekend woorddeel

H1 woordenschat

Slide 9 - Slide

  • onbegaanbaar =  niet begaanbaar
» je gebruikt een bekend woorddeel
  • jutten = zoeken naar overblijfselen  op het strand
» je zoekt in de tekst naar de betekenis

H1 woordenschat

Slide 10 - Slide

  • onbegaanbaar =  niet begaanbaar
» je gebruikt een bekend woorddeel
  • jutten = zoeken naar overblijfselen  op het strand
» je zoekt in de tekst naar de betekenis
  • overblijfselen = resten 
» je zoekt naar een voorbeeld in de tekst (zoals, bijvoorbeeld)

H1 woordenschat

Slide 11 - Slide

  • onbegaanbaar =  niet begaanbaar
» je gebruikt een bekend woorddeel
  • jutten = zoeken naar overblijfselen  op het strand
» je zoekt in de tekst naar de betekenis
  • overblijfselen = resten 
» je zoekt naar een voorbeeld in de tekst (zoals, bijvoorbeeld)
  • stikheet = erg heet
» je zoekt in de tekst naar een tegenstelling
 
H1 woordenschat

Slide 12 - Slide

  • onbegaanbaar =  niet begaanbaar
» je gebruikt een bekend woorddeel
  • jutten = zoeken naar overblijfselen  op het strand
» je zoekt in de tekst naar de betekenis
  • overblijfselen = resten 
» je zoekt naar een voorbeeld in de tekst (zoals, bijvoorbeeld)
  • stikheet = erg heet
» je zoekt in de tekst naar een tegenstelling
  • flora en fauna = planten en dieren
» je zoekt in de tekst naar een synoniem 
H1 woordenschat

Slide 13 - Slide


» je gebruikt een bekend woorddeel

» je zoekt in de tekst naar de betekenis

» je zoekt naar een voorbeeld in de tekst (zoals, bijvoorbeeld)

» je zoekt in de tekst naar een tegenstelling

» je zoekt in de tekst naar een synoniem 
Een onbekend woord begrijpen

Slide 14 - Slide

Je kunt de betekenis van een onbekend woord in de tekst vinden. 
Doel

Slide 15 - Slide



Wat?
  • H1, woordenschat: opdr. 2

Hoe?
  • Boek + schrift

Klaar? 
  • Nakijken



Heb je hulp nodig?
Kijk eerst naar het stoplicht.
 



Rood? Stil. 
Begin even ergens anders.
Geel? Fluisterniveau. 
Vraag je buurman of buurvrouw.
Groen? Fluisterniveau. 
Vraag je buurman of buurvrouw of de docent.

Aan het werk
timer
1:00

Slide 16 - Slide




Na deze les...

  • kun je de betekenis van een onbekend woord in de tekst vinden. 

Doel

Slide 17 - Slide

Volgende les
Donderdag:
  • Leesboek mee
  • Weektaak afmaken en nakijken

Maandag 12 september:
  • H1, woordenschat: opdr. 1 en 2











Slide 18 - Slide