Tekstdoelen

Aan het eind van de les:
  • Weet je welk tekstdoel een tekst (de schrijver) kan hebben:
       amuseren - activeren - informeren - instrueren - overtuigen
  • Kan je minimaal twee tekstdoelen in je eigen woorden uitleggen.
  • Weet je hoe je de hoofdgedachte over het onderwerp vindt
  • dat het belangrijk is dat je naar de titel kijkt




1 / 30
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 3,4

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Aan het eind van de les:
  • Weet je welk tekstdoel een tekst (de schrijver) kan hebben:
       amuseren - activeren - informeren - instrueren - overtuigen
  • Kan je minimaal twee tekstdoelen in je eigen woorden uitleggen.
  • Weet je hoe je de hoofdgedachte over het onderwerp vindt
  • dat het belangrijk is dat je naar de titel kijkt




Slide 1 - Slide

timer
0:45
informerende tekst
amuserende tekst
betogende tekst
activerende tekst

Slide 2 - Drag question

Waar staan de kernzinnen?

Slide 3 - Mind map

Slide 4 - Slide

Wat is het doel van dit bord?
A
overhalen/activeren
B
amuseren
C
informeren
D
instrueren

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Video

Wat wil de spreker bereiken met dit stukje?
A
overhalen/activeren
B
amuseren
C
informeren
D
instrueren

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Wat is het doel van dit gedicht?
A
Informeren
B
Overhalen/activeren
C
Amuseren
D
Instrueren

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Wat is het doel van dit recept?
A
Informeren
B
Overhalen/activeren
C
Amuseren
D
Instrueren

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Wat is het doel van dit aanplakbiljet?
A
Informeren
B
Overhalen/activeren
C
Amuseren
D
Instrueren

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Wat is het doel van deze nieuwsartikelen?
A
Informeren
B
Overhalen/activeren
C
Instrueren
D
Overtuigen

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

tekstdoel?

Slide 22 - Mind map

Slide 23 - Slide

*Dat je iets te weten komt
En dat je die mening overneemt
DIY (YT), Hacks (Insta)

Slide 24 - Slide

Noem vijf tekstdoelen.

Slide 25 - Open question

Waar vind je de hoofdgedachte vaak?

Slide 26 - Open question

HOOFDGEDACHTE van een tekst
- je vindt de hoofdgedachte van een tekst door de vraag te stellen:
Wat is het belangrijkste dat in de tekst over het onderwerp wordt gezegd?
- de hoofdgedachte van een tekst staat vaak in de inleiding of in het slot van een tekst
ook belangrijk dat je de kernzinnen goed onderstreept

 

Slide 27 - Slide

Tekstdoel
Wat wil de schrijver?
Tekstsoorten 
Informeren
Dat je iets te weten komt. 
Krantenartikel, tijdschriftartikel, nieuwsbericht
Overtuigen
Dat je dezelfde mening krijgt.
Reactie op website, ingezonden brief 
Waarschuwen
Dat je iets niet doet.
Reclametekst, advertentie, folder
Activeren
Dat je iets gaat doen
Reclametekst, advertentie
Instrueren
Uitleggen hoe je iets moet doen
Gebruiksaanwijzing, recept, handleiding
Adviseren
Je raad geven
Folder (apotheek)
Amuseren 
Je vermaken 
Verhaal, strip, cabaret 

Slide 28 - Slide

geleerd

Slide 29 - Mind map

vragen

Slide 30 - Mind map