Welk signaalwoord past in de zin: Een appel is ................................ tot een banaan rond.
A
in tegenstelling tot
B
ondanks
C
evenals
D
behalve
Slide 11 - Quiz
Welk signaalwoord past in de zin: Jij wilt graag autorijden, .......................... je bent nog niet oud genoeg.
A
maar
B
ondanks
C
evenals
D
behalve
Slide 12 - Quiz
Uitleggend/voorbeeld
zo, bijvoorbeeld, zoals, namelijk, ter illustratie, stel, neem, onder andere, denk hierbij aan, dat komt voor bij, dat is het geval bij
Slide 13 - Slide
Welk signaalwoord past in de zin: Elke leerling heeft een eigen muzieksmaak, .... je vaak in gesprekken kunt horen. (voorbeeld - uitleg/toelichting)
A
aangezien
B
omdat
C
want
D
zoals
Slide 14 - Quiz
Welk signaalwoord past in de zin: Iedereen gaat anders met geld om, ....... koopt de een vaak kleding, een ander wil sparen voor het rijbewijs. (voorbeeld - uitleg/toelichting)
A
aangezien
B
omdat
C
want
D
zo
Slide 15 - Quiz
reden
omdat, want, immers, namelijk, vanwege, wegens,
aangezien, daarom
Slide 16 - Slide
Welk signaalwoord past in de zin: Mensen stemmen alleen in een hokje, ... de privacy. (reden)
A
omdat
B
vanwege
C
want
D
immers
Slide 17 - Quiz
oorzaak - gevolg
doordat, hierdoor, met als gevolg, omdat, dus
Slide 18 - Slide
Welk signaalwoord past in de zin: (oorzaak) De wekker ging niet af, .... heeft hij zich verslapen. (gevolg)
A
omdat
B
hierdoor
C
want
D
immers
Slide 19 - Quiz
Samenvatting / conclusie
Samengevat, kortom, dus, al met al, vandaar dat
Slide 20 - Slide
Welk signaalwoord past in de zin: ..... hoop ik dat jullie nu begrijpen wat signaalwoorden zijn. Samenvatting / conclusie
A
Al met al
B
Vandaar dat
C
Aan het eind
D
Tenzij
Slide 21 - Quiz
www.stoopned.net
Slide 22 - Link
Slide 23 - Slide
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Slide
nt2taalmenu.nl
Slide 26 - Link
dictee
Lisa bereidt zich goed voor, omdat ze morgen een presentatie moet geven.
In de klas luisteren de leerlingen aandachtig, maar één jongen is snel afgeleid.
We leerden vandaag over signaalwoorden en hoe je ze herkent in een tekst.
Nadat ik mijn huiswerk heb gemaakt, mag ik een uurtje gamen.
De docent zei dat we volgende week een toets krijgen over begrijpend lezen.