2.4 Je kleding

2.4   Je kleding: wat zit erin?
Blz 41-43
1 / 22
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 22 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

2.4   Je kleding: wat zit erin?
Blz 41-43

Slide 1 - Slide

Agenda
  • Terugblik

  • Welke etiketten zijn er?
  • Welke verschillende vezels zijn er?
  • Wat zijn de milieu-keurmerken?

  • Praktische opdracht
 

Slide 2 - Slide

Terugblik 
Wat is de belangrijkste functie van kleding?
Wat zijn andere functies van kleding?

Slide 3 - Slide


Kleding

Slide 4 - Slide

De opbouw van stof
Om kleding te maken, heb je eerst hele dunne draadjes nodig. 
Dit noemen we vezels. Deze vezels vormen samen draad
Uiteindelijk vormen de draden samen de stof. Van deze stof kan er bijvoorbeeld een broek gemaakt worden. 

Slide 5 - Slide

Natuurlijke vezels 
Komen van planten of van dieren. 

Plantaardige vezels: katoen en linnen.
Dierlijke vezels: wol en zijde.

Worden in de fabriek gebleekt en geverfd. 
 Synthetische vezels
Gemaakt uit aardolie of steenkool.

Nylon en polyester. 

Smelten aan je huid vast bij brand, wat zorgt voor brandwonden. 


Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Eigenschappen van stof
Katoen kan veel vocht opnemen, houdt je een beetje warm en is heel erg brandbaar. Katoen is geschikt om te dragen tijdens het sporten. 

Nylon neemt bijna geen vocht op, houdt je bijna niet warm en is erg brandbaar. 

Wol kan veel vocht opnemen, houdt je erg warm en is slecht brandbaar. Zijde is ook slecht brandbaar. 


Slide 8 - Slide

Opdracht 1: kleding
Teken welke kleding je in welk seizoen draagt. 
Zet daarbij ook welk soort stof je draagt. 

timer
10:00

Slide 9 - Slide

Nabespreken opdracht 1: meisjes
          Lente                                Herfst/winter                   Zomer
 Katoen/linnen                        Katoen/linnen/wol            Katoen/linnen

Slide 10 - Slide

Nabespreken opdracht 1: jongens
          Lente                                Herfst/winter                   Zomer
 Katoen/linnen                        Katoen/linnen/wol            Katoen/linnen

Slide 11 - Slide

Opdracht 2: krantenartikel
Lees het krantenartikel en beantwoord de vragen. 

timer
7:30

Slide 12 - Slide

Nabespreken opdracht 2
1. Synthetische stoffen
2. Nylon en polyester (kunststof)
3. Haarlak is erg brandbaar
4. Alles wat van een dier komt, brandt slecht (wol - schaap)
5. Die stoffen branden gelijk en kleven aan de huid vast.
6. Wanneer kleding los om je heen zit EN kleding met harige oppervlakken


Slide 13 - Slide

Samenstellingsetiket
Geeft informatie over van welke stof een kledingstuk is gemaakt. 

Onderhoudsetiket
Geeft informatie over wassen, drogen en strijken van een kledingstuk. 

Slide 14 - Slide

Merketiket
Het merk dat meestal op de buitenkant van een kledingstuk staat.
Merkkleding is vaak duurder. 
Maatetiket
Geeft informatie over hoe groot een kledingstuk is: XS, S, M, L of XL. Maten kunnen per merk verschillen. 

Slide 15 - Slide

Opdracht 3: etiketten
timer
7:30

Slide 16 - Slide

Kleding en milieu
Bij de productie van katoen en zijde worden bestrijdingsmiddelen gebruikt. Ook worden stoffen vaak gebleekt of geverfd met bleekmiddelen en kleurstoffen, die schadelijk zijn voor het milieu. 

Kleding die gemaakt is met onder andere minder bestrijdingsmiddelen kunnen een milieu-keurmerk krijgen. 

Slide 17 - Slide

Milieu-keurmerken
Een mileu-keurmerk betekent dat het product op een milieuvriendelijke manier gemaakt is. 
  • Biologisch en milieuvriendelijk geproduceerd en                         geen kinderarbeid in ontwikkelingslanden (1)
  • Beperkt gebruik van schadelijke stoffen (2)
  • Verboden om schadelijke stoffen voor mens of milieu               te gebruiken en kinderarbeid (3). 

Slide 18 - Slide

Opdracht 4: keurmerken
timer
5:00

Slide 19 - Slide

Nabespreken opdracht 4
Keurmerken                                                   Levensloop rood T-shirt
A: Eko-keurmerk                                           1) B
B: Mileukeur.                                                   2) D
C: EU Eco-label.                                            3) C
                                                                             4) A

Slide 20 - Slide

Praktische opdracht
30 minuten geleden hebben jullie sokken om de flesjes gedaan. 
Nu is het de bedoeling dat jullie VOORZICHTIG de sokken van de flesjes afhalen en de temperatuur van elk flesje meten. 
Maak vervolgens de opdrachten die staan in je opdrachtenboekje bij PO. 

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide