LJ1 - 4.2 Grammar / LJ 2 - 4.2 Vocabulary + Phrases

Vak: Engels
Hoofdstuk: 4.2
1.
Lesopening / Lesson opening
2.
Lesdoel / Goals 
3. 
Mini-check
4.
Instructie / Instruction
5.
Begeleid inoefenen / Guided practice
6.
Zelfstandig werken / work independently 
7.
Evaluatie / Evaluation
1 / 31
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo b, k, gLeerjaar 1

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Vak: Engels
Hoofdstuk: 4.2
1.
Lesopening / Lesson opening
2.
Lesdoel / Goals 
3. 
Mini-check
4.
Instructie / Instruction
5.
Begeleid inoefenen / Guided practice
6.
Zelfstandig werken / work independently 
7.
Evaluatie / Evaluation

Slide 1 - Slide

1. Lesopening/lesson opening LJ1/LJ2
Open your ipad and go to Learnbeat Lesson 2


Slide 2 - Slide

2. Lesdoel + Leergebiedoverstijgende doelen
Aan het einde van de les:
- kun je de grammar over 'wel doen' en 'niet doen' toepassen.
- Kun je de grammar over 'this, that, these en those' toepassen
- Kun je de grammar over can en can't toepassen


Slide 3 - Slide

Imperative (Gebiedende wijs)
You want to tell someone they have to do something.
Sit down!
Dit kan een bevel, waarschuwing, advies of aanwijzing zijn.

Je gebruikt de gebiedende wijs (in het Engels dus imperative) wanneer je iemand vertelt wat diegene moet doen. 
Dit kan een bevel, waarschuwing, advies of aanwijzing zijn.

5.2 The Imperative
De Gebiedende Wijs

Slide 4 - Slide

Imperative (Gebiedende wijs)
You want to tell someone they have to do something.
Sit down!
Dit kan een bevel, waarschuwing, advies of aanwijzing zijn.

Sit down!                            Ga zitten!
Open your books!            Doe je boeken open!
Be quiet!                             Wees stil!
Eat your meal!                   Eet je maaltijd op!
5.2 The Imperative
De Gebiedende Wijs

Slide 5 - Slide

Imperative (Gebiedende wijs)
You want to tell someone they have to do something.
Sit down!
Dit kan een bevel, waarschuwing, advies of aanwijzing zijn.

5.2 The Imperative
De Gebiedende Wijs
Je gebruikt don't als iemand iets niet moet doen.
Sit down! 
Open your books!
Be quiet!
Don't sit down! 
Don't open your books!
Don't be quiet!

Slide 6 - Slide

Wees op tijd!
A
Take your time.
B
Are on time.
C
Be on time.
D
Come in the right time.

Slide 7 - Quiz

Ga naar boven!
A
Turn up
B
Go upstairs
C
Go down
D
Up stairs

Slide 8 - Quiz


Vertaal: Poets je tanden.
(to brush)

Slide 9 - Open question


Vertaal: Niet praten!
(to talk)

Slide 10 - Open question

Demonstrative pronouns

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

1

Slide 13 - Video

Dichtbij
Ver af 
This
these
That
Those

Slide 14 - Drag question

Look over there! Who is _____ boy?
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 15 - Quiz

I would like ____ tomatoes, please
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 16 - Quiz

Kunnen: can/can't 
Bevestigend +
I can help
You can help
He/she/it can help
We/you/they can help 

Slide 17 - Slide

Kunnen: can/can't
Ontkennend:
I can't help 
You can't help
He/she/it can't help
We/you/they can't help

Slide 18 - Slide

Kunnen: can/can't
Vragend?:
Can I help?
Can you help?
Can he/she/it help?
Can we/you/they help?

Slide 19 - Slide

Birds
...
fly
A
can
B
can't

Slide 20 - Quiz

Helicopters _______________ fly.

A
can
B
can't

Slide 21 - Quiz

Turtles
...
jump
A
can
B
can't

Slide 22 - Quiz

Babies _____________ write.

A
can
B
can't

Slide 23 - Quiz


Je mag niet drinken hier!
A
Drink here!
B
Does not drink here.
C
Drink not here.
D
Don't drink here.

Slide 24 - Quiz

die mensen= .........people
A
these
B
those
C
this
D
that

Slide 25 - Quiz

deze tafel = ......... table
A
these
B
those
C
this
D
that

Slide 26 - Quiz

Ik kan 10 november niet shoppen
A
I cant go shopping ten November
B
I can't go shopping the tenth of november
C
I can go shopping the tenth of November
D
I can't go shopping the tenth of November

Slide 27 - Quiz

can / can't
My sister ... swim really well, she's the best swimmer ever!
A
can
B
can't

Slide 28 - Quiz

6. Zelfstandig werken
Je maakt zelfstandig het werk in Learnbeat


Ben je klaar?
Dan kijk je de opdrachten na.
Daarna ga je de woordjes van 4.1 + 4.2 leren. 

timer
1:00

Slide 29 - Slide

7. Evaluatie/Evaluation 
How was this lesson?
Do you have any questions about this lesson?

Homework on the next page. 


Slide 30 - Slide

Homework
Homework  for next week:                                        
Study vocabulary lesson 2 
Finish the work in Learnbeat             




                  

Slide 31 - Slide