Les 4 - P2 - NED - lj2 niveau 3/4

1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 2

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Schrijven

Slide 2 - Slide

Mindmap maken
Kies één van de onderstaande stellingen en maak een mindmap. Lever deze in via Teams.
  • Mensen die ongezond leven moeten meer zorgpremie betalen.
  • Salarissen in het betaald voetbal moeten omlaag.
  • Studenten die een opleiding doen voor een beroep waar veel vraag naar is, moeten extra studiefinanciering krijgen.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Betoog
  • Titel
  • Inleiding:  je introduceert het onderwerp en geeft je mening
  • Stelling
  • Kern: je onderbouwt je mening met 2 argumenten
    Je geeft ook 1 tegenargument en je weerlegt een tegenargument
  • Slot: conclusie en/of samenvatting

Slide 5 - Slide

Dus in een betoog probeert de schrijver je te .........
A
aan het denken te zetten
B
overtuigen

Slide 6 - Quiz

De schrijver probeert bij een betoog ook de tegenpartij af te zwakken en geeft daarom
A
argumenten
B
meningen

Slide 7 - Quiz

Een goede schrijver bedenkt in zijn betoog al tegenargumenten. Waarom zou hij dit doen?
A
Het haalt zijn eigen stuk onderuit.
B
Hij kan direct aangeven waarom dit niet zo is.
C
Hij kan zijn argumenten daardoor zwaarder laten wegen.
D
Hij houdt wel van een beetje tegengas.

Slide 8 - Quiz

Het slot van een betoog is vaak een .....
A
tegenargument
B
conclusie
C
opsomming
D
mening

Slide 9 - Quiz

Inleiding
- onderwerp introduceren
- aandacht lezer trekken
- benoemen stelling en standpunt
Kernalinea 1
Argument 1 uitwerken 
'ten eerste', 'allereerst' 
Kernalinea 2
Argument 2 uitwerken
'ten tweede', 'daarnaast', 'bovendien'
Kernalinea 3
Tegenargument uitwerken en direct weerleggen door goede ontkrachting
Slot
Conclusie geven
'dus', 'kortom'
Opbouw betoog

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Klachtgesprek - FRO

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Aan de slag!
Je krijgt zo meteen de rol van de klant of de baliemedewerker.
Probeer het gesprek zo natuurlijk mogelijk te laten verlopen.
Gebruik het Have Fun Model.

Slide 21 - Slide