H4 - 9.3 - Totalitaire ideologiën nationaalsocialisme

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

Planning

• (Terugblik H9 d.m.v. foto's)
• Vragen (inlog)
• The Rise of Evil
• Uitleg 9.3
• HW
• Uitleg
• Opgaven

Oefenen met bronnen

• Je loopt individueel langs de foto's 
• Schrijf bij elk nummer op een blaadje welk gevolg van de economische crisis je ziet en wat je ziet
  
  
• Na 15 minuten spreken we na
• Wat valt op?

Hoe eindigde de Eerste Wereldoorlog?

1. Met de zelfmoord van Adolf Hitler
2. Toen de Duitsers zich overgaven en de wapenstilstand begon
3. Toen de Russen uit de oorlog stapte
4. Toen Frankrijk zich overgaf en de wapenstilstand begon

Waarom sloten Rusland en Duitsland vrede?

1. Duitsland verloor te veel soldaten
2. De communisten kwamen aan de macht in Rusland
3. Anders wilde de VS niet meedoen met de oorlog
4. Er waren te weinig wapens voor de Duitse soldaten

https://isgeschiedenis.nl/nieuws/10-uitvindingen-uit-de-eerste-wereldoorlog

Wat is de AANLEIDING tot de economische wereldcrisis van 1929?

1. Mensen waren verzadigd, ze hadden genoeg spullen
2. Fabrieken hadden een te grote voorraad, wat niet verkocht werd
3. Mensen kochten spullen op afbetaling
4. Aandelen werden plots verkocht, waardoor er paniek op de beurs uitbrak

Wat is geen bepaling van de vrede van Versailles?

1. Geen vliegtuigen
2. Herstelbetalingen
3. Land afstaan
4. Klein leger

Een loopgravenoorlog kan nooit een tweefrontenoorlog zijn:

1. waar
2. niet waar

Een totale oorlog is een oorlog:

1. Waarbij veel landen zijn betrokken.
2. Waarin het hele volk wordt ingeschakeld.
3. Waarin zowel te land als ter zee wordt gevochten.
4. Waarin veel soldaten sneuvelen.

Er worden vier begrippen uitgelegd. Drie definities zijn fout. Welk begrip wordt goed uitgelegd?

1. Een totale oorlog is een oorlog waarbij niet alleen het leger, maar de hele samenleving betrokken is.
2. Modern imperialisme is het veroveren van gebieden in andere werelddelen om militaire redenen, en omdat het aanzien en macht oplevert.
3. Nationalisme is trots zijn op je eigen leger.
4. Een wapenwedloop is een 'wedstrijd' tussen landen wie het eerst zijn wapens aan het front kan hebben.

Leerdoelen

• Hoe kwam het fascisme op in Italië
• Hoe kwam het nationaalsocialisme op in Duitsland

Paragraaf 9.3 De totalitaire systemen 

KA: Het in praktijk brengen van de totalitaire ideologieën: communisme en fascisme/nationaalsocialisme 

Benito Mussolini

Italiaanse minister-president 1922 - 1943

(fascistisch)

Jozef Stalin

Dictator van de Sovjet-Unie

1924 - 1953

(communistisch)

Adolf Hitler

dictator Duitsland 1933-1945

(Nationaalsocialistisch)

Verschillende totalitaire ideologieën. We doen hier twee lessen over.

Wat is nou een totalitaire ideologie? (AT)

• Eén partij
  
• Eén leider met bijna goddelijke status
  
• Gebruik van propaganda om de bevolking te indoctrineren
  
• Gebruik van terreur en repressie om politieke tegenstand te onderdrukken
  
  
• OOK verschillen tussen drie ideologieën (volgende les)

Opdrachten ter verwerking

HH: 5, 

VERW: 6, 12, 13

Allen: lezen paragraaf 9.3 kopjes Facisme in Italië en Nationaalsocialisme in Duitsland en maken onderstreepte.

Zie balkje in LessonUp voor extra uitleg welke opgave je moet maken.

Welk werk ga ik maken?

HH = Ik vond de uitleg moeilijk en kan wel wat extra hulp gebruiken. Herhaling/eenvoudige opdrachten. Met deze opdrachten haal je de kern uit de leertekst. Ook een optie: samenvatting maken.

VERW: Deze opdrachten maakt iedereen. Zo oefen je de belangrijke vaardigheden en inhoud

BRON: Ik vind bronvragen lastig en wil dit extra oefenen. Deze vragen maak je met behulp van het schema

VERD: Geef mij maar wat meer uitdaging! Extra opgaven als je de uitleg makkelijk te volgen vond, geschiedenis leuk vind of uitgedaagd wil worden

De opkomst van Mussolini (AT)

• Einde WO1: in het westen ontstaan democratieën, maar ook 
• Autoritaire regimes. Voorbeeld?
  
• Italië
• Na oorlog: chaos, geweld, geen beloning hulp geallieerden
• 1919: fascistische beweging
• Kenmerken?
  
• Antidemocratisch,  gewelddadig, extreem nationalistisch en totalitair (overheid heeft totale macht over samenleving).
  

Pakkende toespraken,

krachtige propaganda...

Nationaalsocialisme (AT)

• Na WO1 in Duitsland: chaos, gevechten
• Extreem nationalisme, wie ook?
• Hitler (NSDAP)
• Economie bloeit op, lijkt einde Hitler. Hij is niet meer nodig. Wat gebeurde er?
• Beurskrach → Crisis (1929) → Groei aanhang
• Hoe komt hij aan de macht?
• Verkiezingen winnen (1933) → Führer 
• Rassenleer en haat aan Joden: Antisemitisme. 
  

Opdrachten ter verwerking

HH: 5, 

VERW: 6, 12, 13

Allen: lezen paragraaf 9.3 kopjes Facisme in Italië en Nationaalsocialisme in Duitsland en maken onderstreepte.

Zie balkje in LessonUp voor extra uitleg welke opgave je moet maken.

Welk werk ga ik maken?

HH = Ik vond de uitleg moeilijk en kan wel wat extra hulp gebruiken. Herhaling/eenvoudige opdrachten. Met deze opdrachten haal je de kern uit de leertekst. Ook een optie: samenvatting maken.

VERW: Deze opdrachten maakt iedereen. Zo oefen je de belangrijke vaardigheden en inhoud

BRON: Ik vind bronvragen lastig en wil dit extra oefenen. Deze vragen maak je met behulp van het schema

VERD: Geef mij maar wat meer uitdaging! Extra opgaven als je de uitleg makkelijk te volgen vond, geschiedenis leuk vind of uitgedaagd wil worden

Leg eens in eigen woorden (!) uit..

• Hoe kwam het fascisme op in Italië
• Hoe kwam het nationaalsocialisme op in Duitsland

Dit vond ik fijn aan deze les

Dit vond ik minder fijn aan de les vandaag