Les 3 informatie zoeken

 informatie zoeken
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quiz and text slides.

Items in this lesson

 informatie zoeken

Slide 1 - Slide

Lesdoelen

Ik weet hoe ik goede bronnen kan vinden
Ik weet waar ik op moet letten als ik goede bronnen vind
Ik weet hoe ik de bron moet noteren in mijn bronnenlijst

Slide 2 - Slide

Informatie zoeken
Hoe doe je dat?

Wie heeft een idee? 
Wat heb je in het verleden weleens gedaan?


Slide 3 - Slide

Opdracht
Open een nieuw tabblad
Zoek op Google naar Olympische Spelen 2024
Bekijk de resultaten
Ga naar: www.duckduckgo.com 
Doe dezelfde zoekopdracht
Zie je verschil bij de zoekresultaten?

Slide 4 - Slide

Wat is het verschil tussen Google en Duckduckgo?

Slide 5 - Open question

Verschil Google / Duckduckgo
Google slaat zoekgeschiedenis op.
Advertenties zijn gebaseerd op jouw zoekgeschiedenis
Bij Duckduckgo zoek je anoniem.
Duckduckgo slaat geen zoekgeschiedenis op.

Slide 6 - Slide

Exact zoeken met "  " 
Als je je zoekwoorden tussen haakjes zet, vind je alleen resultaten met alleen die woorden.
Probeer maar:
1. Zoek op "recept appelmoes"
2. Bekijk de resultaten
3. Zoek nu op "recept appelmoes kaneel"
4. Bekijk de resultaten. Zie je het verschil?

Slide 7 - Slide

Woorden negeren met -
Als je bij je zoekwoorden een - gebruikt, wordt dit woord weggelaten bij je zoekwoorden.
Probeer maar:
1. Zoek op: games kopen
2. Probeer nu eens: games kopen -playstation
Wat valt je op als je dit vergelijkt met de vorige zoekopdracht?
     Je hoeft dit antwoord niet in te typen.

Slide 8 - Slide

Bronnen
Kijk altijd op meer dan één website!
Staat op beide websites dezelfde informatie?
Welke informatie is juist?
Zorg altijd voor een goede bronvermelding in werkstukken.
Een bronvermelding is een site, b.v. www.fruitkist.nl
www.google.nl is GEEN bronvermelding!

Slide 9 - Slide

Eerste zoekresultaat...
Het eerste zoekresultaat kan het beste zijn, maar....
Het is vaak 'gesponsord'.
Bedrijven betalen om bovenaan te staan bij zoekresultaten.
Misschien zijn de schoenen die je wilt kopen in een andere winkel wel veel goedkoper!
Kijk dus altijd even verder!

Slide 10 - Slide

Bruikbare en betrouwbare informatie 
Betrouwbaar
Het is geschreven door een deskundige op dit gebied. 
Het wordt bevestigd door meerdere bronnen. 
Het is duidelijk met welk doel het is geschreven en dit doel is ook logisch. 
Bruikbaar
De informatie is up-to-date en actueel. 
De informatie is relevant en beantwoordt jouw zoekvraag.  
Iedereen op het internet kan informatie plaatsen, waardoor informatie 
niet altijd betrouwbaar is. Het wordt namelijk niet allemaal gecontroleerd. 

Wanneer informatie bruikbaar is, kijk je of de informatie ook betrouwbaar is. In de tabellen hieronder zie je waar je op moet letten. 

Slide 11 - Slide

Na het vinden van bruikbare en betrouwbare informatie, ga je aan de slag met het verwerken van de informatie in eigen woorden. 

Het is belangrijk dat jij en anderen kunnen terugvinden waar je de informatie hebt gevonden. De plekken waar je je informatie vindt, noem je bronnen. Klik op het oogje om te zien hoe je bronnen noteert. 


Wanneer je zonder juiste bronvermelding informatie overneemt, noem je dit plagiaat. 

 






Bronnen opschrijven 
Voorbeeld

Slide 12 - Slide

Vragen?

Slide 13 - Slide

Bronnenlijst
Tip:
Zet, zodra je een bron hebt gevonden waar je iets uit wilt halen, gelijk de link in je bronnenlijst.

Aan het eind, als je klaar bent met schrijven, ga je de bronnenlijst op alfabetische volgorde zetten en netjes ordenen.

Slide 14 - Slide

Aan het werk
Je gaat aan het werk met je verslag door aan de volgende dingen te werken:

- Zoek informatie op internet om je deelvragen te beantwoorden. 
- Zet je verslag in elkaar: maak vast de layout, schrijf de inleiding, maak een voorpagina etc. 
timer
20:00

Slide 15 - Slide

Hebben we alle doelen behaald?

Ik weet hoe ik goede bronnen kan vinden
Ik weet waar ik op moet letten als ik goede bronnen vind
Ik weet hoe ik de bron moet noteren in mijn bronnenlijst

Wat is nog moeilijk?
Wat gaat al goed?

Slide 16 - Slide

Huiswerk
Ga verder aan het werk met je werkstuk.

Slide 17 - Slide