18: A. Juist B. Juist C. Onjuist D. Juist E. Juist F. Onjuist
20: Ze streed voor de rechten van buitenechtelijke kinderen.
Ze wilde bereiken dat mannen en vrouwen gelijk waren in het huwelijk. Ze streed voor vrouwenkiesrecht.
20 b: Ze maakten propaganda en gingen op straat demonstreren.
20 c: Een overeenkomst is dat zowel feministen als abolitionisten streden voor gelijke rechten en daarbij gebruik maakten van propaganda. Een verschil is dat abolitionisten streden voor gelijke rechten voor slaven en feministen streden voor gelijke rechten voor vrouwen.
21: Tegenstanders zouden deze actie belachelijk hebben gevonden, want zij vonden dat het een norm voor vrouwen was dat zij niet konden stemmen.
22: Door de regering, want in 1917 is ingevoerd dat de regering voor deze godsdienstige scholen betaalt.
23: Eigen antwoord. Bijvoorbeeld: Eens, want vrouwen krijgen bijvoorbeeld voor veel posities nog steeds minder betaald dan mannen.