SW les 6 brandwonden

Les 6 brandwonden
1 / 35
next
Slide 1: Slide
ehboMBOStudiejaar 1

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Les 6 brandwonden

Slide 1 - Slide

Wat weet jij over brandwonden?

Slide 2 - Mind map

Slide 3 - Video

Slide 4 - Slide

Wat zijn oorzaken van brandwonden?

Slide 5 - Mind map

Oorzaken
  • Vuur
  • Hete vloeistoffen
  • Stoom
  • Contact met hete oppervlakken
  • Zon
  • Chemische vloeistof

Slide 6 - Slide

Welke 3 soorten ken jij bij brandwonden?

Slide 7 - Open question

Verschillende soorten brandwonden


  1. Eerstegraads brandwond
  2. Tweedegraads brandwond
  3. Derdegraads brandwond 

Slide 8 - Slide

Wat is de eerste, belangrijkste zin bij een brandwond (wat doe je als eerste)

Slide 9 - Open question

EHBO bij brandwonden
  • Bel 112 bij grote tweede- of derdegraads brandwonden
  • verwijder sierraden van het lichaamsdeel met de brandwonden
  • koel de brandwonden met zacht stromend lauw water minimaal 10-20 minuten
  • voorkom dat brandwonden aangeraakt worden
  • bedek de brandwonden na het koelen met huishoudfolie of steriel gaas

Slide 10 - Slide

Hoeveel graads brandwond zie je hier?
A
1e graads
B
2e graads
C
3e graads

Slide 11 - Quiz

Kenmerken derdegraads verbranding
Wit, beige, bruin of zwart

Droog en leerachtig

Nauwelijks pijn. 

Slide 12 - Slide

Wat zijn de kenmerken van een 3e graads-brandwond?

Slide 13 - Mind map

Gevolgen van brandwonden
Warmteverlies, het lichaam verliest veel warmte omdat de huid de temperatuur niet kan vasthouden.
- Vochtverlies, de huid kan het vocht niet tegenhouden. 
Infectiegevaar, waar de huid defect is, kan door inwerking van bacteriën een infectie ontstaan.

Slide 14 - Slide

Wanneer professionele hulp? 
  • Alle tweede- en derdegraads brandwonden
  • Inademing van rook of hete gassen
  • Verbranding door elektriciteit, chemische stoffen of stoom
  • Brandwonden bij kinderen jonger dan 5 jaar of volwassenen ouder dan 60 jaar

Slide 15 - Slide

Wat is een brandwond?
A
Een beschadiging van het lichaam door bevriezing
B
Een beschadiging van de slokdarm door een hittebron
C
Een beschadiging van het lichaam door uiteenlopende hitte bronnen.

Slide 16 - Quiz


Dit is een?
A
1e graads
B
2e graads
C
3e graads

Slide 17 - Quiz

Hoe lang moet je een brandwond koelen?
A
minimaal 5 minuten
B
minimaal 10 minuten
C
minimaal 40 minuten

Slide 18 - Quiz

Welke temperatuur moet het water zijn waarmee je koelt?
A
koud water
B
warm water
C
lauw warm water
D
Geen water gebruiken maar een ice pack

Slide 19 - Quiz

Hoe koel je brandwonden?
A
met lauw stromend water, net boven de wond
B
met koud water, op de wond
C
met koud water, net boven de wond
D
met lauw water, op de wond

Slide 20 - Quiz

Een derdegraads brandwond is altijd omgeven door stukken met eerste- en/of tweedegraads brandwonden.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 21 - Quiz

Wat moet je doen met iemand die brandwonden heeft?
A
Het slachtoffer in een blusdeken wikkelen.
B
Niets doen en wachten op hulp.
C
Even koelen met water en dan warm inpakken.
D
Direct onder lauw warm water koelen.

Slide 22 - Quiz

Wat zie je niet bij een eerstegraads brandwond?
A
roodheid
B
blaren
C
pijnlijke huid
D
zwelling

Slide 23 - Quiz

Waarom is het koelen van een brandwond zo belangrijk?
A
Omdat het ervoor zorgt dat de pijn weg gaat en daardoor is het slachtoffer rustiger en beter te behandelen.
B
Ieder minuut dat de brand door smeult in het lichaam worden er veel cellen verwoest

Slide 24 - Quiz

Je hebt een brandwond gekoeld en je ziet dat de huid kapot is. Wat doe je?
A
Koelzalf erop smeren
B
Huisarts bellen
C
Niets
D
Goed verbinden

Slide 25 - Quiz

Nine is 2 jaar en trekt een kop warm water van tafel. Het warme water komt terecht op haar buikje. Waarom moet je een luier zo snel mogelijk verwijderen?

Slide 26 - Open question

Waarom moet je alleen de wond koelen?
A
anders raakt iemand onderkoelt
B
anders worden zijn kleren nat en dat is jammer van de kleding
C
anders weet een arts niet waar de brandwond zit
D
anders raakt iemand oververhit

Slide 27 - Quiz

Welke huidlaag is beschadigd bij een eerstegraads brandwond?
A
Opperhuid
B
Lederhuid
C
Onderhuidsbindweefsel

Slide 28 - Quiz

Bij een .....-graads brandwond is er sprake van blaren en pijn.
A
eerste-graads
B
tweede-graads
C
derde-graads

Slide 29 - Quiz

Welke huidlaag is beschadigd bij een derdegraads brandwond?
A
Opperhuid
B
Lederhuid
C
Onderhuidsbindweefsel

Slide 30 - Quiz

Brandwond de zwart, droog en doet geen pijn
A
Eerstegraads
B
Tweedegraads
C
Derdegraads

Slide 31 - Quiz

Wat is het allerbelangrijkst bij een brandwond?
A
Brandwonden zalf smeren
B
Sieraden af doen
C
Een pleister er op plakken
D
Koelen met water

Slide 32 - Quiz

Hoe herken je een 2e graads brandwond?
A
De huid is wit of zwart van kleur, droog en niet pijnlijk.
B
De huid is rood van kleur, en er kunnen blaren te zien zijn.
C
De huid is pijnlijk, rood, droog en soms wat opgezet.
D
De huid is rood, en er komt pus uit de wond.

Slide 33 - Quiz

Derdegraads brandwond 
Eerstegraads brandwond 
Tweedegraads brandwond

Slide 34 - Drag question

Kerst Quiz 2024
Tot volgend jaar
2025

Slide 35 - Slide