What is LessonUp
Search
Channels
AI tools
Beta
Log in
Register
‹
Return to search
Woordenschat 3t - §4 Reizen
Woordenschat 3t - §4 Reizen
1 / 15
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
This lesson contains
15 slides
, with
interactive quizzes
and
text slide
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Woordenschat 3t - §4 Reizen
Slide 1 - Slide
1 Wat betekent ‘het onderkomen’?
A
de financiële steun van de overheid
B
de plaats waar je een tijd woont of logeert
C
de vakantie met een luxe zeeschip
D
het toeristische uitstapje
Slide 2 - Quiz
Welk woord past in de zin als je let op de betekenis?
Voor de lange treinreis naar Wenen hebben we een ... voor vier personen geboekt.
A
bereidheid
B
excursie
C
materieel
D
slaapcoupé.
Slide 3 - Quiz
Welk woord past in de zin als je let op de betekenis?
De ... was groot onder de bewoners om iets aan het zwerfafval op straat te doen.
A
bereidheid
B
excursie
C
materieel
D
slaapcoupé.
Slide 4 - Quiz
Welk woord past in de zin als je let op de betekenis?
Als ik ooit naar New York ga, wil ik een ... maken naar het Vrijheidsbeeld.
A
bereidheid
B
excursie
C
materieel
D
slaapcoupé.
Slide 5 - Quiz
Welk woord past in de zin als je let op de betekenis?
Het Utrechts vervoerbedrijf gaat meer ... inzetten om volle bussen te voorkomen.
A
bereidheid
B
excursie
C
materieel
D
slaapcoupé.
Slide 6 - Quiz
Wat betekent ‘op een rijdende trein springen’?
A
iets nutteloos doen, iets verkeerd aanpakken
B
meedoen aan iets dat al op gang gekomen is
C
meer werk aanpakken dan je aankunt
D
op reis gaan om het avontuur te zoeken
Slide 7 - Quiz
Omdat het hoofdgerecht [betaalbaar / flexibel] was, hielden we nog geld over voor een toetje.
A
betaalbaar
B
flexibel
Slide 8 - Quiz
Mijn opa en oma gaan komende zomer een [cruise / onderkomen] maken door de Noorse fjorden.
A
cruise
B
onderkomen
Slide 9 - Quiz
De verwachting is dat in de toekomst hogesnelheidstreinen veel [continentale / materiële] vluchten zullen vervangen.
A
continentale
B
materiële
Slide 10 - Quiz
Er is veel aanvraag voor de [bestemming / subsidie] voor isolatie van oudere huizen.
A
bestemming
B
subsidie
Slide 11 - Quiz
Wat betekent ‘alle wegen leiden naar Rome’?
A
Als je echt wilt en doorzet, bereik je je doel.
B
Er zijn veel manieren om je doel te bereiken.
C
Het is nergens zo fijn als thuis.
D
Je steekt tijd en energie in iets wat eigenlijk geen zin heeft.
Slide 12 - Quiz
Welke zin past het best bij de betekenis van ‘de voorbode’?
A
De koude windvlaag kondigt aan dat de herfst eraan komt.
B
De reizigers pasten zich heel gemakkelijk aan.
C
Deze nieuwbouwwoningen zijn geschikt voor de toekomst.
D
Iedereen keek heel erg uit naar de zomervakantie.
Slide 13 - Quiz
Wat betekent ‘de wijde wereld intrekken’?
A
iets nutteloos doen, iets verkeerd aanpakken
B
in een lastige positie terechtkomen
C
meer werk aanpakken dan je aankunt
D
op reis gaan om het avontuur te zoeken
Slide 14 - Quiz
Wat is een synoniem van ‘de trip’?
A
het eindpunt
B
de hobby
C
de reis
D
de steun
Slide 15 - Quiz
More lessons like this
Nederlands - Talent - 3 vmbo- KB - 1.5 woorden
November 2023
- Lesson with
36 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
Nederlands - Talent - 2 vmbo- KB - 2.5 woorden
November 2023
- Lesson with
32 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
Proefles Woordbetekenissen raden, 0F
July 2018
- Lesson with
24 slides
by
SCORE Nederlands vo/mbo
Nederlands
Middelbare school
Praktijkonderwijs
MBO
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1
SCORE Nederlands vo/mbo
KIDSWEEK 37/38 : Scoops Titanic museum (woordenschat)
October 2024
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Lager onderwijs
Slim lezen met synoniemen
May 2025
- Lesson with
16 slides
NT2
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
Woordenschat thema verdwalen
April 2024
- Lesson with
13 slides
Nederlands
Lager onderwijs
Starttaal vooraf - thema 1 - startles
September 2024
- Lesson with
19 slides
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 3
Woordweb Taalblok 5
May 2025
- Lesson with
13 slides
Nederlands
Secundair onderwijs