Oefenvragen 6.1 Organismen en hun omgeving
1 / 15
Lesson duration is: 15 minItems in this lesson
Slide 1 - Video
Slide 2 - Slide
Levend, dood of levenloos?
Levend
Dood
Levenloos
Slide 3 - Drag question
Zet van groot naar klein
orgaan
cel
kern
chromosoom
DNA
Slide 4 - Drag question
Van groot naar klein
Organisme
Orgaanstelsel
Orgaan
Weefsel
Cellen
Slide 5 - Drag question
In een toendra-gebied leven allerlei soorten organismen samen. Hoe noem je al deze soorten samen in dit gebied?
A
Ecosysteem
B
Populatie
C
Biotoop
D
Levensgemeenschap
Slide 6 - Quiz
Biotisch
Abiotisch
Voedsel
bacteriën
Soortgenoten
Regen
Temperatuur
Wind
Andere populaties
Slide 7 - Drag question
Was is een voorbeeld van een biotische factor?
A
Lucht
B
Voedsel
C
Neerslag
D
Wind
Slide 8 - Quiz
Wat is een populatie?
A
Een boom
B
Verschillende dieren in een gebied
C
Een groep individuen vd zelfde soort in 1 gebied
D
Alles wat in een bepaald gebied is
Slide 9 - Quiz
Welk niveau van ecologie zie je hier?
A
Ecosysteem
B
Levensgemeenschap
C
Populatie
D
Individu
Slide 10 - Quiz
Een meer of rivier is een voorbeeld van een ecosysteem
A
juist
B
onjuist
Slide 11 - Quiz
Abiotisch
Biotisch
Slide 12 - Drag question
Bij een biotoop horen alle ... factoren.
A
biotische
B
abiotische
C
biotische en abiotische
Slide 13 - Quiz
Bij een levensgemeenschap horen alle ... factoren.
A
biotische
B
abiotische
C
biotische en abiotische
Slide 14 - Quiz
Welk niveau van de ecologie wordt beschreven?
Op de Veluwe leven wilde zwijnen die zich onderling voortplanten. Samen vormen ze een
De populaties van de verschillende soorten op de Veluwe vormen een
De Veluwe is een voorbeeld van een
Een enkel organisme noem je een
levensgemeen-schap
individu
populatie
ecosysteem
