chapitre 6, source D grammaire

Vraagwoord 'quel'
quel = welke/wat

Dit vraagwoord past zich aan het zelfstandig naamwoord aan:
mannelijk enkelvoud - quel
vrouwelijk enkelvoud - quelle
mannelijk meervoud - quels
vrouwelijk meervoud - quelles
1 / 11
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Vraagwoord 'quel'
quel = welke/wat

Dit vraagwoord past zich aan het zelfstandig naamwoord aan:
mannelijk enkelvoud - quel
vrouwelijk enkelvoud - quelle
mannelijk meervoud - quels
vrouwelijk meervoud - quelles

Slide 1 - Slide

Mannelijk enkelvoud
Vrouwelijk enkelvoud
Mannelijk meervoud
Vrouwelijk meervoud
quel
quels
quelle
quelles

Slide 2 - Drag question

Kies: quel/quelle/quels/quelles

Tu vas acheter ..... voiture?
A
quel
B
quelle
C
quels
D
quelles

Slide 3 - Quiz

Kies: quel/quelle/quels/quelles

Tu as regardé ..... films?
A
quel
B
quelle
C
quels
D
quelles

Slide 4 - Quiz

........ garçons sont ici ?
Tu cherches ................... copine ?
.................... filles sont dans la classe ?
Tu cherches .......... monsieur ?
quel
quelle
quels
quelles

Slide 5 - Drag question

Kies uit: quel - quelle - quels - quelles

... maison est la plus grande?

Slide 6 - Open question

Is het 'quel/quelle/quels/quelles'
............... est ton jean préféré?

A
quels
B
quelles
C
quel
D
quelle

Slide 7 - Quiz

Kies uit: quel - quelle - quels - quelles
______ est le prix d'un CD?

Slide 8 - Open question

Kies uit: quel - quelle - quels - quelles

______ filles sont dans ta classe?

Slide 9 - Open question

quelles
quel
quels
quelle
sont les solutions?
est le livre de Pierre?
sont les cadeaux?
est la vérité?

Slide 10 - Drag question

Vertaal:
Wat is je naam?

Slide 11 - Open question