Herhaling Bijvoeglijk Naamwoord

• Latijn
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Herhaling Bijvoeglijke Naamwoorden

Omdat we in de vakantie af en toe wat vergeten...

Hoe weet je of een BN bij een ZN hoort in het Latijn?

1. De uitgangen zijn hetzelfde
2. Naamval, getal en geslacht zijn hetzelfde
3. Ze hebben evenveel letters
4. Ze staan naast elkaar

Congruentie

BN hoort bij ZN waarmee het congrueert

--> Naamval, getal en geslacht zijn hetzelfde!

mannelijk

vrouwelijk

onzijdig

dominus

vox, voces v

corpus, corpora

urbs, urbes v

dolor, dolores m

puella

puer, pueri

bellum

Geslacht

Mannelijk (groep 2a + 3a): dominus; puer, pueri; dolor, dolores m

Vrouwelijk (groep 1 + 3a): puella; urbs, urbes v ; vox, voces v

Onzijdig (groep 2b + 3b): bellum; corpus, corpora

BN Type 1

•  Type 1 = longus, -a, um + pulcher, -chra, -chrum

• Mannelijk gaat als SERVUS
• Vrouwelijk gaat als FEMINA
• Onzijdig gaat als DONUM

Sleep de woorden naar de goede naamval!

ev

mv

nom

gen

dat

acc

abl

nom

gen

dat

acc

abl

dominorum

dominos

domini

domino

dominus

dominum

domini

dominis

domino

dominis

Sleep de woorden naar de goede naamval!

ev

mv

nom

gen

dat

acc

abl

nom

gen

dat

acc

abl

rosarum

rosas

rosae

rosae

rosa

rosam

rosae

rosis

rosa

rosis

ev

mv

Sleep de woorden naar de goede naamval!

nom

gen

dat

acc

abl

nom

gen

dat

acc

abl

bellum

bellum

bella

bello

bella

bellis

bellis

bello

bellorum

belli

Welke vorm van BONUS congrueert met FLUMINIBUS?

1. bonus
2. bonos
3. bonis
4. een andere vorm

Welke vorm van LONGUS congrueert met CURAM?

1. longam
2. longarum
3. longum
4. een andere vorm

BN type 2

• Type 2a: fortis, -e + celer, celeris, celere
• Type 2b: ingens, ingent- (ingent- = stam)

• Mannelijk/vrouwelijk gaan als REX (behalve abl.ev!)
• Onzijdig gaat als NOMEN (behalve abl.ev!)

milite forti =

1. dat mnl ev
2. abl mnl ev
3. dat/ abl mnl ev
4. nom mnl mv

Zet het bijvoeglijk naamwoord tussen haakjes in de goede vorm.
servum (felix, felic-)

Is de combinatie goed of fout:
femina fortia

1. goed
2. fout

En nu?

1.  Bespreken opdrachten 22, 23 en 24 (H.14)
2. M: maken tekst 16 t/m r.5 ('aderant') met vertaalopdracht