aan het + infinitief

• Alfabetisering NT2
• MBO
• Studiejaar 4

Vandaag 8-11-2022

- Grammatica (aan het + infinitief)

- Dictee

- Zelfstandig aan het werk

- Spel

Wat ben je nu aan het doen?

Ik ben aan het nadenken 🤔

Ik ben aan het luisteren 👂

Ik ben aan het tekenen ✏

Ik ben een oefening aan het maken 👨‍🏫

Ik ben met een andere cursist aan het praten 🗣

Ik ben naar buiten aan het kijken👀

Ik ben aan het dromen💭

Wat is de docent aan het doen?

De docent is de cursisten aan het helpen

De docent is aan het lesgeven

De docent is thee aan het drinken ☕

De docent is een boek aan het lezen

De docent is aan het bellen 📲

Is deze zin goed of fout?
Ik ben een televisie aan het hebben.

1. Goed
2. Fout

Is deze zin goed of fout?
Hij was de finish om 14.03 aan het bereiken.

1. Goed
2. Fout

aan het | timmeren | zijn | in de schuur | De kinderen

Olga | breien | is | aan het | een trui |

Wat | jullie | doen | aan het | zijn | ? |

zijn | maken | muziek | aan het | Zij |

Loopdictee

Wat is dat?

De zinnen hangen op de gang.

één voor één aan de beurt. Lees de zin op de gang. Kom terug naar de groep en zeg de zin. De anderen schrijven de zin op. 

Loopdictee

Loopdictee

Loopdictee

Loopdictee

Loopdictee

Loopdictee

Wat deden jullie gisteren om 20.00 uur?