Keizers, koningen en heren - 2





Keizers, koningen en heren - 2
1 / 13
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 13 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson





Keizers, koningen en heren - 2

Slide 1 - Slide

Introductie
  •  Werkboek, pen en papier op tafel, laptop dicht.
  • Kennisquiz
  • Instructie
  • Opdracht + bespreken

Slide 2 - Slide



A
: Nadat het West-Romeinse Rijk uiteen was gevallen, kreeg Europa te maken met grote veranderingen. Omschrijf de twee veranderingen en leg uit wat het gevolg was voor de samenleving.
B: Leg uit wat het domein is, uit welke drie onderdelen het bestaat, wie er wonen en waarom het domein ontstond.
C: Leg uit wat het hofstelsel is en waar het uit bestaat.
D: Leg uit wie de eerste koning en keizer zijn van het Frankische Rijk. Wat maakte deze twee figuren zo machtig?
E: Leg uit wat het leenstelsel is, waar het uit bestaat en waarom dit ontstond.


Kennisquiz
in tweetallen!
  • Ieder tweetal krijgt een kaartje met een letter.
  • Lees samen de vraag en bedenk het juiste antwoord. Schrijf dit uitgebreid op.
  • Na 2 minuten zijn de tweetallen die de bal vangen (in alfabetische volgorde) aan de beurt om de vraag te beantwoorden. 
timer
2:00

Slide 3 - Slide

Leerdoel

Je kunt uitleggen welk gevolg het leenstelsel had voor het bestuur in Europa.

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Het einde van Karel de Grote


  • In de winter van 813-814 werd Karel ziek (koorts)
  •  Hij probeerde zichzelf te behandelen door te vasten
  • Maar helaas... 7 dagen later overleed Karel

Slide 6 - Slide


3 Veranderingen na Karel de Grote

Schrijf mee wanneer nodig! 

Slide 7 - Slide

1. Het Frankische Rijk viel uit elkaar.
  •  Persoonlijk gezag en talent van Karel.
  • Karel dood 814 -> Lodewijk de Vrome
  • Lodewijk de Vrome dood 840 -> ruzie erfenis
  • Verdrag van Verdun 843, waarin het rijk in drie delen werd gesplitst:

  1. West-Francië – ging naar Karel de Kale
  2. Midden-Francië – ging naar Lotharius I
  3. Oost-Francië – ging naar Lodewijk de Duitser

Gevolg: minder samenwerking, meer strijd, en veel interne conflicten

Slide 8 - Slide

2. Het bestuur raakte verzwakt.
Het leenstelsel was handig bij het opbouwen van een groot rijk, maar...

  • De leenmannen gingen het land als eigen bezit beschouwen.
  • Hierdoor ontstonden lokale koninkrijken die zich steeds onafhankelijker gingen gedragen.
  • Na een sterfgeval gaven zonen het land en adelijke titel niet terug aan Karel.
  • Trouw en gehoorzaamheid was niet langer vanzelfsprekend.

Slide 9 - Slide

2. Het bestuur raakte verzwakt.
Waarom ging Karel hier niet tegen in?

  • De afstand was te groot.
  • Karel kon niet zonder zijn leenmannen, dus hij vermeed opstanden.
  • Het bestuursapparaat was minder professioneel, hij vertrouwde op de eed van trouw.

Slide 10 - Slide


3. Aanvallen van buitenaf



  • West-Europa kreeg te maken met aanvallen van buitenaf:
  • Vanuit het noorden door vikingen en vanuit het oosten door Hongaren.

  • Door verzwakt bestuur lukt het niet altijd deze aanvallen tegen te houden.

Slide 11 - Slide

Aan de slag!
Werkboek pagina 26
Opdracht: 4,8,10,11 & 12

Slide 12 - Slide

Leerdoel
Bespreek in tweetallen:

"Je kunt uitleggen welk gevolg het leenstelsel had voor het bestuur in Europa."

Slide 13 - Slide