Kader 3 Verbanden en Signaalwoorden hoofdstuk 4 Lezen

Welkom bij Nederlands!
  1. Zorg dat je spullen klaar liggen op tafel.
  2. Begin met 10 minuten lezen in je leesboek.

Geen leesboek bij je? Nieuws lezen! 
timer
10:00
1 / 29
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Welkom bij Nederlands!
  1. Zorg dat je spullen klaar liggen op tafel.
  2. Begin met 10 minuten lezen in je leesboek.

Geen leesboek bij je? Nieuws lezen! 
timer
10:00

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

TEKSTVERBANDEN
Nederlands 3 kader
- Lezen
- Tekstverbanden en signaalwoorden
- H4 Lezen


Slide 2 - Slide

This item has no instructions

DOEL


- je kunt met behulp van signaalwoorden de tekstverbanden

tijdsvolgorde (chronologie),  oorzaak-gevolg en voorwaarde in een tekst herkennen en begrijpen

verbanden en signaalwoorden

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Kies de twee goede antwoorden.

Tekstverbanden...
A
...geven alinea's aan
B
...geven het doel van een tekst aan
C
...geven aan hoe alinea's en zinnen met elkaar te maken hebben
D
...helpen je een tekst beter te begrijpen

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Weet je nog?

'Zoals' is een signaalwoord voor
A
een voorbeeld
B
een tegenstelling
C
een opsomming

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Weet je nog?

'Daarentegen' is een signaalwoord voor
A
een voorbeeld
B
een tegenstelling
C
een opsomming

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Weet je nog?

'Verder' is een signaalwoord voor
A
een voorbeeld
B
een tegenstelling
C
een opsomming

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Weet je nog?

'Bovendien' is een signaalwoord voor
A
een voorbeeld
B
een tegenstelling
C
een opsomming

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Weet je nog?

'Echter' is een signaalwoord voor
A
een voorbeeld
B
een tegenstelling
C
een opsomming

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

TEKSTVERBANDEN

Zorgen ervoor dat

woorden, zinnen en alinea's

met elkaar samenhangen.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

TEKSTVERBANDEN

Zorgen ervoor dat

je de tekst

beter begrijpt.


Slide 11 - Slide

This item has no instructions

SIGNAALWOORDEN

Aan een

signaalwoord

zie je met

welk tekstverband

je te maken hebt.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

In de volgende slides krijg je uitleg en voorbeelden over de tekstverbanden


  • tijdsvolgorde (chronologie)
  • oorzaak en gevolg
  • voorwaarde

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Welk tekstverband herken je?
Eerst zet je saldo op je ov-chipkaart, daarna activeer je de kaart en vervolgens kun je inchecken en naar je werk reizen.
A
tijdsvolgorde (chronologie)
B
oorzaak-gevolg
C
voorwaarde

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Welke drie signaalwoorden voor tijdsvolgorde zie je in de zin:

Eerst zet je saldo op je ov-chipkaart, daarna activeer je de kaart en vervolgens kun je inchecken en naar je werk reizen.

Slide 21 - Open question

This item has no instructions

Welk tekstverband herken je?

Doordat de brug open was, kwam Peter te laat op zijn werk.
A
tijdsvolgorde (chronologie)
B
oorzaak-gevolg
C
voorwaarde

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Welk signaalwoord voor oorzaak-gevolg herken je in de zin:

Doordat de brug open was, kwam Peter te laat op zijn werk.

Slide 23 - Open question

This item has no instructions

Wat is de oorzaak in de zin:

Doordat de brug open was, kwam Peter te laat op zijn werk.

Slide 24 - Open question

This item has no instructions

Wat is het gevolg in de zin:

Doordat de brug open was, kwam Peter te laat op zijn werk.

Slide 25 - Open question

This item has no instructions

Welk tekstverband herken je?

Als Samira een goed verslag schrijft, krijgt zij een hoog cijfer.
A
tijdsvolgorde (chronologie)
B
oorzaak-gevolg
C
voorwaarde

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Welk signaalwoord voor volgorde herken je in de zin:

Als Samira een goed verslag schrijft, krijgt zij een hoog cijfer.

Slide 27 - Open question

This item has no instructions

DOEL


- je kunt met behulp van signaalwoorden de tekstverbanden

tijdsvolgorde (chronologie),  oorzaak-gevolg en voorwaarde in een tekst herkennen en begrijpen

verbanden en signaalwoorden

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Zelfstandig werken - H4 Lezen
Lees
Theorie van H4 Lezen
Maak
H4 Lezen (begin bij de startopdracht) 
Hoe
Schoudermaatje (zachtjes overleggen is toegestaan) 
Tijd
Restant van de les
Klaar
Lezen in je leesboek
Resultaat
D.m.v. signaalwoorden herken je de tekstverbanden in een tekst 

Slide 29 - Slide

Tijdens deze fase van de les controleer je of leerlingen jouw instructie hebben begrepen d.m.v. een begeleide oefening.