Het ademhalingsstelsel

Het ademhalingsstelsel 
1 / 49
next
Slide 1: Slide
Medische kennisMBOStudiejaar 1

This lesson contains 49 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Het ademhalingsstelsel 

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Doel van de les: 
je kunt de delen van het ademhalingssstelsel noemen met hun functie

Je kunt beschrijven hoe de borst en buikademhaling plaatsvinden

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Hoe heet het bloedvat wat het bloed vanuit de rechterarm naar het hart toe brengt?
A
ateria pulmonalis
B
aorta
C
vena pulmonalis
D
vena cava superior

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Hoe heet het binnenste hartvlies?

Slide 4 - Open question

This item has no instructions

Hoe heet het verplaatsen van stofjes van een plaats met een grote concentratie naar een plaats met een lage concentratie
A
osmose
B
diffusie
C
homeostase

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Slide 6 - Video

This item has no instructions

Anatomie                                    

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Opdracht
Maak groepjes van 3 personen. Je krijgt per groepje een plastic schort en een stift. Teken de luchtwegen op de schort.
Zet hier de latijnse namen bij

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Slide

perfusie: de hoeveelheid bloed in het weefsel heet de doorbloeding, oftewel perfusie. Het bloed moet heel dicht langs de longblaasjes stromen, want de gasuitwisseling vindt daar plaats. 

Ventilatie: de verplaatsing van lucht van buiten het lichaam via de luchtwegen naar de longblaasjes (alveoli) waar de gaswisseling plaatsvindt
Waarom inademen
via de neus?

Slide 12 - Mind map

This item has no instructions

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Waarom is neusademhaling gezonder?

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

Huig is uvula
kegelvormig uitsteeksel in het zachte gehemelte.
functie: afsluiten van neus

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Slide 22 - Slide

cartilago cricoides of cricoïd is een kraakbeenring onder in het strottenhoofd.

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Hoofdbronchie vertakt zich naar kleinere bronchieën, en vandaar uit naar de allerkleinste takjes, bronchioli







Vanuit de vertakking van de bronchioli, ga je naar de alveoli. tussen de alveoli zit een ruimte, de alveolaire ruimte

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Slide 30 - Video

This item has no instructions

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

2 manieren van ademhalen
ventilatie

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Buikademhaling

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Borstademhaling

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Borstademhaling door het spannen en ontspannen van tussenribspieren

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Borst- en buikademhaling
Borstademhaling:
Inademen:
- tussenrib spieren spannen aan
- borst en ribben omhoog
- longen worden groter

Uitademen:
- tussenribspieren ontspannen
- borst en ribben omlaag
- longen worden kleiner

Buikademhaling:
Inademen:
-middenrif spieren spannen aan 
- middenrif omlaag
- longen worden groter

Uitademen:
- middenrif spieren ontspannen
- middenrif omhoog
- longen worden kleiner

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Slide 41 - Slide

This item has no instructions

begrippen
gaswisseling
 voordelen neusademhaling
strotteklepje en huig
luchtpijp en bronchiën
luchtpijptakje en longblaasje
ventilatie
buikademhaling (middenrifspieren)
borstademhaling (tussenrib spieren)



Slide 42 - Slide

This item has no instructions

Doel van de les gehaald ?
je kunt de delen van het ademhalingssstelsel noemen met hun functie

Je kunt beschrijven hoe de borst en buikademhaling plaatsvinden

Slide 43 - Slide

This item has no instructions

Hoe vond je de les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 44 - Poll

This item has no instructions

Luchtpijp
  • trilhaarepitheel met veel slijmvliescellen
  •  collageen bindweefsel
  • glad spierweefsel
  • hoefijzervormig kraakbeen 


Slide 45 - Slide

This item has no instructions

Bronchiën en bronchiolen
Hoofdbronchiën vertakken verder
Luchtpijp 2-3 cm
Bronchiole 1 mm






Slide 46 - Slide

Bronchiën hebben dezelfde bouw als luchtpijp

Bronchiole: elastische vezels met trilhaarepitheel
Longen
Linkerlong: 2 kwabben
Rechterlong: 3 kwabben

Bronchiole komt uit in longtrechtertje
Trechtertje opgebouwd uit longblaasjes (alveole)

Slide 47 - Slide

Je longen strekken zich uit vanaf je sleutelbeen tot aan je middenrif (diafragma). Ze worden verder begrensd door de borstwand en de ruimte tussen de longen (mediastinum).

Deze alveolen worden omgeven door elastisch bindweefsel en een dichtbegroeid haarvatennetwerk. Dit netwerk bestaat uit kleine slagaders (arteriolen) en kleine aders (venulen) 
Longvlies
Pleura = longvlies

Het binnenblad  heet pleura pulmonalis (of pleura visceralis)

Het buitenblad heet borstvlies (pleura parietalis)

Tussen vliezen zit vocht, vacuüm


Slide 48 - Slide

This item has no instructions

Ademhalingsbewegingen
je plat je middenrif af;

je tilt je ribben op.

Slide 49 - Slide

Je hulpademhalingsspieren kunnen je ademhalingsspieren helpen bij de inademing. Ze helpen bij het optillen van je ribben. Dit doen ze vooral als je je inspant, omdat je dan meer lucht nodig hebt.