What is LessonUp
Search
Channels
AI tools
Beta
Log in
Register
‹
Return to search
4K 3 Werkloos
3.1 Werk over en te kort
Deze les leer je de volgende begrippen:
- beroepsbevolking - werkgelegenheid - arbeidsmarkt - krappe en ruime arbeidsmarkt.
1 / 25
next
Slide 1:
Slide
This lesson contains
25 slides
, with
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
3.1 Werk over en te kort
Deze les leer je de volgende begrippen:
- beroepsbevolking - werkgelegenheid - arbeidsmarkt - krappe en ruime arbeidsmarkt.
Slide 1 - Slide
Beroepsbevolking
: als je tussen de 15 en 75 jaar bent en een betaalde baan hebt of een baan zoekt. Ook wel aanbod van arbeid genoemd.
Werkgelegenheid
: alle bezette arbeidsplaatsen en onbezette arbeidsplaatsen.
Dit wordt ook wel vraag naar arbeid genoemd.
Arbeidsmarkt
: Is het aanbod van arbeid en de vraag naar arbeid.
Krappe arbeidsmarkt
: Er is veel vraag naar arbeid, maar het aanbod van arbeid is laag.
Ruime arbeidsmarkt:
Er zijn veel arbeiders op zoek naar werk, maar er zijn weinig arbeidsplaatsen vrij.
Slide 2 - Slide
Eindvragen
Wanneer hoor je bij de beroepsbevolking?
Wat is een krappe arbeidsmarkt?
Wat is een ruime arbeidsmarkt?
Slide 3 - Slide
3.2 Een ruime arbeidsmarkt
Slide 4 - Slide
Soorten werkloosheid!
Regionale werkloosheid
: Als er in een bepaald gebied veel werkloosheid is.
Seizoenwerkloosheid
: Als er in een bepaald seizoen veel werkloosheid is.
In de zomer: schaatsbanen wat dichtgaan. In de winter: IJs winkels en strandtenten wat dichtgaan.
Structurele werkloosheid
: Werkloosheid door veranderingen in het bedrijf.
Bedrijf verhuist naar het buitenland of machines nemen het werk over.
Frictiewerkloosheid
: Tijdelijk werkloos.
Je bent net klaar met je studie of je bent net gestopt bij de ene baan en wilt ergens anders werken.
Slide 5 - Slide
Eindvragen!
Leg de volgende soorten werkloosheid uit:
Regionale werkloosheid:
Seizoenwerkloosheid:
Structurele werkloosheid:
Frictiewerkloosheid:
Slide 6 - Slide
3.3 De concurrentiepositie
Deze les leer je:
- wat de kostprijs is
- wat arbeidsduurverkorting is
Slide 7 - Slide
De winnaars van
concurrentie
krijgen steeds meer klanten.
De verliezers van
concurrentie
raken steeds meer klanten kwijt.
De
concurrentiepositie
wordt beter als de kostprijs daalt (Inkoopprijs + kosten per product).
De kostprijs daalt door:
- Lagere lonen
- Lagere inkoopprijs
- Moderne machines
Slide 8 - Slide
Arbeidsduurverkorting (ADV)
- Vermindering van het aantal arbeidsuren per werknemer.
- Neemt de werkgelegenheid toe, want je hebt nu meer personeel nodig.
Slide 9 - Slide
Eindvragen
Wat is arbeidsduurverkorting (ADV)?
Wat is de kostprijs?
Slide 10 - Slide
3.4 De conjunctuur
Deze les leer je:
- wat laagconjunctuur en hoogconjunctuur is.
Slide 11 - Slide
Laagconjunctuur
- De
werkloosheid stijgt
als de bestedingen van bedrijven, consumenten, de overheid en de export dalen. Hierdoor verkopen bedrijven minder.
- Zo ontstaat
conjuncturele werkloosheid
. Werkloosheid doordat er minder geld wordt uitgegeven.
Slide 12 - Slide
Hoogconjunctuur
De bestedingen stijgen van bedrijven, consumenten en de overheid. Er wordt dus veel geld uitgegeven.
Voordelen?
- Lonen stijgen
- Werkloosheid daalt
Slide 13 - Slide
Eindvragen
- Wat is laagconjunctuur?
- Wat is hoogconjunctuur?
Slide 14 - Slide
3.5 Meer kans op werk
Deze les leer je:
Hoe je makkelijker een baan kan vinden
Slide 15 - Slide
Werkgevers kunnen makkelijker personeel vinden als ze:
- Helpen meebetalen van de kinderopvang
- Deeltijdwerk toestaan
- Op flexibele tijden laten werken
- Zorgen voor aangepaste werkplekken (bijv: telewerken)
Slide 16 - Slide
Werknemers kunnen makkelijker werk vinden als ze:
- Een goede opleiding hebben (MBO)
- Sollicitatietraining hebben gevolgd
- Regelmatig bijscholen
Slide 17 - Slide
Eindvragen
- Wat kan een werkgever doen om makkelijker personeel te vinden?
- Wat kun je als werknemer doen om makkelijker werk te vinden?
Slide 18 - Slide
3.6 De overheid grijpt in
Deze les leer je:
- hoe de overheid de werkloosheid kan verlagen
Slide 19 - Slide
De loonkosten dalen als de overheid:
- De belasting op lonen verlaagt
- Sociale premies verlaagt
Door lagere kosten verbetert de concurrentiepositie van bedrijven.
Slide 20 - Slide
De overheid kan voor sommige groepen de werkloosheid verlagen door:
- Loonkostensubsidie
- Subsidie voor kinderopvang
- opdrachten geven (bijvoorbeeld: nieuwe snelwegen laten maken).
Slide 21 - Slide
Eindvraag
- hoe kan de overheid de werkloosheid verlagen?
Slide 22 - Slide
3.7 Kansrijk en kansarm
Deze les leer je:
- Waarom er werkloosheid is
Slide 23 - Slide
De werkloosheid onder allochtonen is hoger dan onder autochtonen. Oorzaken zijn:
- Beheersen de taal niet goed
- Buitenlandse opleidingen worden niet altijd erkend in Nederland
- Discriminatie (verboden).
Mannen krijgen/kregen gemiddeld meer loon dan vrouwen. Oorzaken hiervan zijn:
- Mannen hebben vaker beter betaalde banen (hogere functies)
- Vrouwen werken vaker deeltijd en mannen voltijd
- Discriminatie (verboden).
Slide 24 - Slide
Eindvragen
De werkloosheid onder allochtonen is hoger dan onder autochtonen. Oorzaken zijn?
Mannen krijgen/kregen gemiddeld meer loon dan vrouwen. Oorzaken hiervan zijn:
Slide 25 - Slide
More lessons like this
H3.1 Werkloos. Economisch bekeken 4K
January 2025
- Lesson with
20 slides
Economie
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 4
4KB - H3 werkloos. Economisch bekeken.
September 2023
- Lesson with
19 slides
Economie
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 4
Les 3: Paragraaf 2.3: De concurrentiepositie
September 2023
- Lesson with
35 slides
Economie
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 4
2.4 Conjunctuur
May 2025
- Lesson with
10 slides
Economie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
Herhaling Lesbrief Arbeid
March 2023
- Lesson with
25 slides
Economie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
samenvatting
October 2021
- Lesson with
42 slides
Economie
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 4
Lesbrief Arbeid
March 2023
- Lesson with
34 slides
Economie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
Hoofdstuk 1
June 2020
- Lesson with
19 slides
Economie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 6