v2 H5 alles

• Natuurkunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Planning

H5P1

H5P2

H5P3

H5P4

Leerdoelen H5P1

1. Ik kan uitleggen op welke twee manieren je beweging kunt vastleggen.
   
2. Ik kan benoemen welke twee grootheden je moet weten om uit een video-opname of een stroboscopische foto de gegevens voor een plaats-tijddiagram te halen.
   
3. Ik kan een plaats-tijdtabel invullen.
   
4. Ik kan op een plaats-tijddiagram of (x,t)-diagram bij een tijdstip de bijbehorende plaats aflezen en omgekeerd.
   
5. Ik kan uitleggen wat afgelegde afstand is en welk punt het referentiepunt voor een beweging is.

De stroboscoop maakt elke 0.2 seconden een foto. Hoelang heeft deze opname geduurd?

Op welke afstand is deze persoon op 7.5 seconden.

Leerdoelen H5P2

1. Ik kan de formule voor gemiddelde snelheid toepassen.
   
2. Ik kan de formule van gemiddelde snelheid omwerken zodat je er de afgelegde afstand of de benodigde tijd mee kunt berekenen.
3. Ik kan een gemiddelde snelheid in m/s omrekenen naar km/h.
   
4. Ik kan een snelheid-tijddiagram of (v,t)-diagram aflezen.
   
5. Ik kan in een (v,t)-diagram de afgelegde afstand berekenen door de oppervlakte onder de grafiek te bepalen.

De Varna Tempest is een speciaal ontworpen ligfiets met een zeer lage luchtweerstand. In 2009 deed de Canadees Sam Whittingham 5,4 s over een testtraject van 200 m lang.

Bereken zijn gemiddelde snelheid in km/h.

50 km/h = .... m/s

Klaas-Jan neemt een strafschop. De bal verlaat de schoen richting de rechterhoek van het doel met een snelheid van 90 km/h en blijft met die snelheid over het veld rollen. De bal zal de doellijn passeren op 11,5 m van de penaltystip als de keeper niet reageert.

Bereken hoeveel tijd de keeper heeft om de bal tegen te houden.

Leerdoelen H5P3

1. Ik kan uitleggen wat er gebeurt met de snelheid bij een eenparige, versnelde en vertraagde beweging.
2. Ik kan de snelheid op elk moment van de beweging berekenen bij een eenparige beweging.
3. Ik kan het (x,t)-diagram en het (v,t)-diagram van een eenparige, versnelde en vertraagde beweging herkennen en aflezen.
4. Ik kan op een stroboscopische foto herkennen of de beweging eenparig, versneld of vertraagd is.
5. Ik kan met een (x,t)-diagram nagaan wanneer twee bewegende voorwerpen elkaar passeren.

Welke soort beweging hoort bij welke grafiek?

Leerdoelen H4

1. Ik kan uitleggen wat de remweg is en waarvan deze afhangt.
2. Ik kan aan de hand van een grafiek uitleggen wat het verband is tussen de beginsnelheid en de remweg.
3. Ik ken de formule om de stopafstand te berekenen.
4. Ik kan uitleggen waarom veiligheidsvoorzieningen in een auto nodig zijn.
5. Ik kan benoemen welke veiligheidsvoorzieningen in een auto zijn aangebracht.