Lidwoorden en zelfstandige naamwoorden

WELKOM
3 Kader
Welkom

1 / 25
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

WELKOM
3 Kader
Welkom

Slide 1 - Slide

Deze les:

- woord van de week
- terugblik PO + cijfers
- leren wat lidwoorden en een zelfstandig naamwoord is. 
- opdrachten maken
- voorlezen

Slide 2 - Slide

Cursus 5 Grammatica
Zelfstandignaamwoord en lidwoord.
blz. 202 Nieuw Nederlands

Slide 3 - Slide

Lesdoel

Ik kan lidwoorden en

zelfstandig naamwoorden

herkennen en benoemen in een zin.

Slide 4 - Slide

Aan de slag...

Kopie lidwoorden / zelfstandige naamwoorden


Kies van elke opdracht... zinnen 

Daarna... kijk elkaars antwoorden na en bespreek dit met elkaar.


Een zin kun je verdelen in losse woorden.

Die woorden kun je allemaal een naam geven.

Sommigen krijgen dezelfde naam.

Dit heet een woordsoort.

Slide 5 - Slide

Aan de slag...

Kopie lidwoorden / zelfstandige naamwoorden


Kies van elke opdracht... zinnen 

Daarna... kijk elkaars antwoorden na en bespreek dit met elkaar.


Lidwoord: ( LW)

de, het, een

Een lidwoord (LW) staat altijd vóór een zelfstandig naamwoord.

Slide 6 - Slide

Wat is een lidwoord?
A
De
B
Geluk
C
Prijs
D
verkoper

Slide 7 - Quiz

boek
A
de
B
het

Slide 8 - Quiz

kast
A
de
B
het

Slide 9 - Quiz

meisje
A
het
B
de

Slide 10 - Quiz

konijn
A
het
B
de

Slide 11 - Quiz

bal
A
de
B
het

Slide 12 - Quiz

Noem eens een
zelfstandig naamwoord.

Slide 13 - Mind map

Zelfstandig naamwoord 
- Meestal kun je er een lidwoord voor zetten 
- Kun je van het enkelvoud in het meervoud zetten en andersom
- Kun je een verkleinwoord van maken 

Mensen - dieren - planten - dingen - Eigen namen 
me-di-pla-di -namen

Slide 14 - Slide

Noem vier zelfstandig naamwoorden die je in de klas ziet.

Slide 15 - Open question

Slide 16 - Video

Welke lidwoorden ken je?
A
man - vrouw - kind
B
loop - zing - dans
C
de - het - een
D
ik - jij - hij

Slide 17 - Quiz

Wat zijn zelfstandige naamwoorden?
A
de ,het, een
B
namen van: mensen, dieren, dingen, planten en eigen namen
C
bijvoeglijke naamwoorden
D
geen idee

Slide 18 - Quiz

Wat zijn lidwoorden?
A
zijn en worden
B
de, het en een
C
ik, hij en wij
D
het onderwerp van de zin

Slide 19 - Quiz

De afkorting voor een lidwoord is...
A
BN
B
ZN
C
LV
D
LW

Slide 20 - Quiz

De afkorting voor een zelfstandig naamwoord is....
A
PV
B
ZN
C
LW
D
BN

Slide 21 - Quiz

Welke woord in de zin is een zelfstandig naamwoord?
Een mooie nieuwe fiets.
A
Een
B
mooie
C
fiets
D
nieuwe

Slide 22 - Quiz

Welke woorden zijn zelfstandige naamwoorden?
A
Mark
B
rijden
C
prachtige
D
schoolgebouw

Slide 23 - Quiz

Zelf aan de slag!
  • Nu mag je zelf aan de slag.

  • Blz. 202  Maak opdracht: 1, 2, 3 en 4 via de laptop

Dit is ook je huiswerk voor maandag 12 mei
     

Slide 24 - Slide




Tot de volgend keer!

Slide 25 - Slide