1.1 Voorbereiden

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Schrijven

1.1 Voorbereiden 

(blz. 144)

Een lange tekst schrijven, hoe pak je dat aan of waar loop je tegen aan?

Kies de tekstsoort

Overzicht tekststructuren staan in de OneDrive NN 3F, 3e editie

Voorbeeld Schrijfplan

Samen oefenen (opdr. 1, blz. 145)

Soggen????

Vraag de studenten of ze weten wat 'soggen' betekent.

Samen oefenen (opdr. 4 )

De gemeenteraad wil de sluitingstijden van cafés in jouw woonplaats in het weekend met twee uren vervroegen. Als café-eigenaar ben je het daar niet mee eens. Je schrijft een ingezonden brief voor de plaatselijke krant om jouw standpunt toe te lichten.
Welke tekststructuur kun je het best gebruiken voor deze ingezonden brief?

1. Aspectenstructuur
2. Verklaringsstructuur
3. Voor- en nadelen structuur
4. Argumentatiestructuur

Voor de website van het bedrijf waar je werkt schrijf je een blogpost over hoe de sector zich ontwikkeld heeft en wat er de komende jaren zal gebeuren.
Welke tekststructuur kun je het best gebruiken voor deze webtekst?

1. Aspectenstructuur
2. Verleden, heden, toekomst structuur
3. Verklaringsstructuur
4. Vraag en antwoord structuur

Toen je gisteravond naar buiten ging, zag je vlak boven de horizon de volle maan, maar die was veel groter dan normaal. Je verdiept je in het onderwerp (het blijkt een ‘supermaan’ te zijn geweest) en besluit een informatief artikel te schrijven over dit fenomeen.
Welke tekststructuur kun je het best gebruiken voor dit informatieve artikel?

1. Vraag, antwoord structuur
2. Verklaringsstructuur
3. Aspectenstructuur
4. Argumentatiestructuur

Voor de wijkwebsite schrijf je een artikel over de komst van een evenemententerrein, waarin je de positieve en negatieve kanten van zo’n terrein in de buurt bespreekt. Naast verschillende meningen van omwonenden geef je ook informatie over de exacte plannen van de gemeente.
Welke tekststructuur kun je het best gebruiken voor dit artikel?

1. Vraag en antwoord structuur
2. Aspectenstructuur
3. Voor- en nadelenstructuur
4. Verklaringsstructuur

Aan de slag

Schrijven 1.1 

Opdracht 3, 5 

Wat is het belangrijkste wat je deze les geleerd hebt?