Startrekenen Vooraf H6 Geld Les 4

Hoofdstuk 6 geld

rekenen met geld

1 / 14

Slide 1: Slide

RekenenPraktijkonderwijsLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quiz and text slides.

Lesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 6 geld

rekenen met geld

Slide 1 - Slide

Wat weet je nog
van de vorige les?

Slide 2 - Mind map

is evenveel waard als

1 euro = 100 cent 50 cent + 50 cent = 100 eurocent

1 euro = 100 cent 20 + 20 + 20 + 20 + 20 = 100 eurocent

Slide 3 - Slide

geld optellen

stap 1 : Tel de euro's op.

stap 2 : Tel de centen op.

stap 3 : Tel de euro en centen op.

Slide 4 - Slide

geld optellen

stap 1 : Tel de euro's op.

20 + 10 + 5 = 35 2 + 1 = 3 35 + 3 = 38

stap 2 : Tel de centen op.

10 + 10 + 10 + 5 + 1 + 1 = 37

stap 3 : Tel de euro en centen op. € 37,38

Slide 5 - Slide

geld schatten

Als je iets gaat kopen, kun je schatten of je genoeg geld hebt.

≈

Je gebruikt hierbij de woorden: bijna of ongeveer.

Slide 6 - Slide

= = =

bijna € 3,- bijna € 4,50 bijna € 9,-

€ 2,78

€ 4,49

€ 8,90

Slide 7 - Slide

0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 0

afronden naar beneden

afronden naar boven

afronden
naar
"het midden"

Slide 8 - Slide

€ 4,80

je geeft: je krijgt terug:

= wisselgeld

je geeft: = gepast betalen

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

doelen

Ik betaal (gepast) met geld.

Ik geef wisselgeld terug.

Slide 11 - Slide

lesinhoud

1. digibord : gepast betalen

2. folders : werkblad

3. kassabon : wisselgeld

4. werkboek ‘geld’.

Slide 12 - Slide

Vragen?

Slide 13 - Slide

Aan het werk

1. Maak: opdracht 18 t/m 27 (start op blz. 249)

Vraag? Ga door met volgende opdracht.

2. Kijk opdrachten na.

3. Maak: taken via JE.

4. Klaar? Werk in WB 'geld'.

Slide 14 - Slide