Afronden hoofdstuk 3

Welkom bij aardrijkskunde! 

Zorg dat je klaar zit met je werkboek, lesboek, pen en aantekeningenschrift. 
Wist je dat je elke dag tussen 14:00 en 15:00 via teams vragen kunt stellen aan al
                    je docenten? :-) 
1 / 41
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1-3

This lesson contains 41 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom bij aardrijkskunde! 

Zorg dat je klaar zit met je werkboek, lesboek, pen en aantekeningenschrift. 
Wist je dat je elke dag tussen 14:00 en 15:00 via teams vragen kunt stellen aan al
                    je docenten? :-) 

Slide 1 - Slide

Vandaag
Herhaling temperatuurfactoren
Uitleg 3.4 
Afronden

Slide 2 - Slide

Welke soorten kennen we:

  1. Hoogteligging
  2. Breedteligging
  3. Ligging ten opzichte van zee
  4. Zeestromen
  5. Ligging van gebergte 

Slide 3 - Slide

(1)Hoogteligging
1. Hoe hoger hoe kouder
2. Elke 100m omhoog is 0,6°C kouder
3. Hoe hoger hoe minder begroeiing (of andere soort begroeiing dat beter tegen de kou kan)


Slide 4 - Slide

(2)Breedteligging
1. Hoe dichter bij de evenaar hoe warmer, hoe verder hoe kouder

Schuine zonnestralen = weinig opwarming
Loodrechte zonnestralen = veel opwarming

Slide 5 - Slide

(3)Ligging land ten opzichte van zee
1. Aanlandige wind = komt van zee richting land, komt aan land waaien
-> vochtige wind, zorgt voor een mild effect in de winter en zomer
-> daardoor geen extreme temperatuurverschillen in die periodes

2. Aflandige wind = komt van land richting zee, gaat van het land af
-> Drogere wind, zorgt voor extremere temperaturen in de zomer en winter
-> daardoor wel extremere temperatuurverschillen in die periodes

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Koude zeestroom
Warme zeestroom
- weinig verdamping
- weinig neerslag
- koel effect
- vanuit de polen

- veel verdamping
- meer neerslag
- warmer effect
- vanuit de evenaar

Slide 9 - Slide

Ligging van gebergte
Het gebergte dient als klimaatscheiding waarbij er een droge en natte zijde ontstaat

Loefzijde: zijde waar neerslag valt en begroeiing te vinden is
Lijzijde: zijde waar minder neerslag valt en geen tot weinig begroeiing te vinden is

Slide 10 - Slide

Welke temperatuurfactor vind je moeilijk?
Breedteligging
Hoogteligging
Ligging ten opzichte van zee
Zeestromen
Ligging van gebergten
Geen eentje, is makkie
Ik vind ze allemaal moeilijk

Slide 11 - Poll

Koude lucht kan meer waterdamp bevatten dan warme lucht
A
Waar
B
Niet waar
C
Er is geen verschil

Slide 12 - Quiz

De luchtdruk in de buurt van de evenaar is ...
A
Laag
B
Hoog
C
Afwezig
D
Middelmatig

Slide 13 - Quiz

Bij welke temperatuurfactor hoort de afbeelding?
A
Breedteligging
B
Hoogteligging
C
Land-zeeverdeling
D
Wind- en zeestromen

Slide 14 - Quiz

Welke temperatuurfactor zorgt ervoor dat de havens in Noorwegen 's winters ijsvrij zijn?
A
Breedteligging
B
Hoogteligging
C
Ligging van gebergten
D
Wind- en zeestromen

Slide 15 - Quiz


In welk jaargetijde is dit?
A
Lente
B
Zomer
C
Herfst
D
Winter

Slide 16 - Quiz

Vul de zin aan
Lucht stroomt van een....
A
maximum (hoog) naar een minimum (laag)
B
maximum (laag) naar een minimum (hoog)
C
minimum (laag) naar een maximum (hoog)
D
minimum (hoog) naar een maximum (laag)

Slide 17 - Quiz


In welk jaargetijde is dit?
A
Lente
B
Zomer
C
Herfst
D
Winter

Slide 18 - Quiz

Waar vindt je droge klimaten in Chili?
A
In het noorden
B
In het midden
C
In het zuiden
D
In het hooggebergte

Slide 19 - Quiz

Waar vind je het Middellandse Zeeklimaat in Chili?
A
In het noorden
B
In het midden
C
In het zuiden
D
In het hooggebergte

Slide 20 - Quiz

Waar in Europa vind je het Mediterrane klimaat?
A
Aan de Atlantische Oceaan
B
Rond de Witte Zee
C
Rond de Noordzee
D
Rond de Middellandse Zee

Slide 21 - Quiz

Wat zijn verschillen tussen een gematigd zeeklimaat en een Middellandse Zeeklimaat?
A
Het Middellandse Zeeklimaat heeft een droge zomer en een zachte vochtige winter
B
Het gematigd zeeklimaat heeft elk seizoen regen
C
Het Middellandse Zeeklimaat kent meer regen.
D
De winters zijn zachter bij het gematigd zeeklimaat

Slide 22 - Quiz

Bij een hogedrukgebied regent het niet omdat de lucht daalt. Wat is
de beste verklaring?
A
Dalende lucht wordt warmer waardoor de wolken oplossen
B
Regen valt alleen als er vocht in de lucht zit en dalende lucht is droog
C
Regen valt alleen als er veel wind waait en bij dalende lucht waait het nauwelijks
D
Regen valt alleen als er wolken zijn en dalende lucht is daar te droog voor

Slide 23 - Quiz

Waarom verdampt het zeewater voor de kust van Chili niet.
A
Het zeewater is te warm dus verdampt het niet
B
Het zeewater is te zout en verdampt dus niet
C
Het zeewater is te koud dus verdampt het niet
D
Het zeewater is te zoet en verdampt dus niet

Slide 24 - Quiz

De Atacamawoestijn is zo droog door ...
A
De aanlandige wind
B
De aflandige wind
C
El Niño
D
La Niñja

Slide 25 - Quiz

Ten zuiden van 40ºZ.B. heb je in Chili het ...
A
Woestijnklimaat
B
Steppeklimaat
C
Zeeklimaat
D
Mediterraan klimaat

Slide 26 - Quiz

De Humboldtstroom gaat langs de kust van Chili in ...
A
Noordelijke richting
B
westelijke richting
C
Oostelijke richting
D
Zuidelijke richting

Slide 27 - Quiz

De Humboldtstroom zorgt in Chili voor een ....... klimaat.
A
Droog
B
Vochtig
C
Gematigd
D
Polair

Slide 28 - Quiz

Normale situatie
Warm water 
Veel vis 
Koud water 

Slide 29 - Drag question

El Niño
Warm water
Veel minder vis
Veel regen
Minder regen dan normaal

Slide 30 - Drag question

Wat is het tegenovergestelde van aanlandige wind?
A
Is er niet
B
Oplandige wind
C
Toelandige wind
D
Aflandige wind

Slide 31 - Quiz

Wat moet je kennen/kunnen?
- Wat de belangrijkste gebiedskenmerken zijn van Chili
- Wat de belangrijkste economische kenmerken zijn van Chili
- Wat diversificatie betekent
- Wat de belangrijkste demografische kenmerken zijn van Chili
- Wat de belangrijkste politieke kenmerken zijn van Chili

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Bron 4
Economische ontwikkeling
Om Chili economisch te ontwikkelen, werd eerst gekozen voor het opzetten van fabrieken die de invoer moesten vervangen (importsubstitutie). Helaas was de binnenlandse markt daar te klein voor en steeg de koopkracht te weinig. Nu is gekozen voor diversificatie, meerdere exportproducten. Door verdragen met andere landen af te sluiten probeert Chili de afzetmarkt uit te breiden.

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Slide

Afronden:
Lezen lesboek blz. 56 en 57
Maak blz. 61 t/m 64 van werkboek A.
Maak gebruik van de bijlage om de basisboek opdrachten te maken.

Wist je dat je elke dag tussen 14:00 en 15:00 via teams vragen kunt stellen aan al
                    je docenten? :-) 

Slide 41 - Slide