Voortplanting van planten

Voortplanting van planten 
1 / 8
next
Slide 1: Slide
BiologieBasisschoolGroep 6-8

This lesson contains 8 slides, with interactive quiz, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Voortplanting van planten 

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Voortplanting van planten
Wat weet je al?

Slide 2 - Mind map

This item has no instructions

Voortplanting van planten
  • Geslachtelijke voorplanting
  • Vegetatieve voortplanting

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Geslachtelijke voortplanting
  • Van helmknop naar stamper
  • Nieuw zaadje groeit
  • Zaadje groeit uit tot een 
  • nieuwe plant





Slide 4 - Slide

Bloemen spelen een grote rol bij de geslachtelijke voortplanting. Ook bomen dragen bloemen (bijv. wilgen, paardekastanje). Het mannelijk voortplantingsdeel van de bloem is de meeldraad. In de helmknopjes op de meeldraad bevinden zich de stuifmeelkorrels. Het zijn de mannelijke voortplantingscellen of zaadcellen. De stamper is het vrouwelijk voortplantingsdeel van de bloem. In het vruchtbeginsel van de stamper zitten de zaadbeginsels. 

In elk zaadbeginsel ontwikkelt een vrouwelijke voortplantingscel, de eicel. Bij tweeslachtige bloemen zijn zowel de mannelijke als de vrouwelijke voortplantingscellen aanwezig. Om zich voort te planten, moeten de stuifmeelkorrels op een of andere manier op de stempel van de stamper terechtkomen. Dit gebeurt door de bestuiving. Insecten of de wind kunnen helpen bij het vervoeren van de stuifmeelkorrels. Wanneer de stuifmeelkorrel op de rijpe stempel van een bloem van dezelfde plantensoort terechtkomt, zal deze zwellen en een stuifmeelbuis vormen die doorheen de stijl naar het vruchtbeginsel groeit. De zaadcel met daarin de kern bevindt zich vooraan in de buis. Via een opening, het poortje, dringt de zaadcel het zaadbeginsel binnen. In het zaadbeginsel versmelt de kern van de zaadcel met de kern van de eicel. Dat is de bevruchting. 

In het vruchtbeginsel ontstaat de bevruchte eicel of zygote. Na de bevruchting verdorren de kelkbladeren, kroonbladeren en meeldraden en vallen ze meestal af. Het vruchtbeginsel groeit uit tot een vrucht. De bevruchte eicel wordt een kiem, waaruit een nieuwe plant kan groeien. Het zaadbeginsel groeit uit tot zaad. Het zaadje zal beginnen te kiemen wanneer er voldoende vocht en warmte is. Het worteltje groeit naar beneden en het stengeltje en de blaadjes naar boven. Het kiemplantje voedt zich eerst met reservevoedsel van de zaadlobben. Daarna verschrompelen deze en moet het plantje zelf voedsel vormen door middel van de fotosynthese.

Slide 5 - Video

This item has no instructions

Ongeslachtelijke voorplanting
  • Kopïeren van zichzelf
  • Aardbei
  • Aardappel
  • Tulpen 

Slide 6 - Slide

Bij natuurlijke ongeslachtelijke voortplanting ontstaat er uit een moederplant een nieuwe plant zonder dat er bevruchting heeft plaatsgevonden. Een cel, of een aantal cellen, van de moederplant groeit dan uit door vele celdelingen tot een nieuwe plant. 

Planten kunnen zich op twee manieren voortplanten, geslachtelijk en ongeslachtelijk. In het geval van een tulp produceert de plant in zijn bloem zijn voortplantingscellen, de stuifmeelkorrels en de eicellen. Hiermee kan de plant zich geslachtelijk voortplanten. Daarnaast heeft de tulp in de grond een bol. Deze bol bestaat eigenlijk uit verdikte bladeren. De tulpenbol is ontstaan zonder versmelting van een eicel met een stuifmeelkorrel en is dus het resultaat van ongeslachtelijke voortplanting. Uien planten zich op dezelfde manier voort als tulpen. 

Een ander voorbeeld is de aardappelplant, die bestaat uit stengels. In de knollen van de aardappel bevinden zich cellen die uitgroeien tot een nieuwe aardappelplant. Lisdodde gebruikt wortels voor ongeslachtelijke voortplanting. Wortelcellen kunnen uitgroeien tot een nieuwe plant. Een aardbeiplant maakt stengel-uitlopers. Op zo’n uitloper groeit één cel vervolgens uit tot een nieuwe plant.

Slide 7 - Video

This item has no instructions

Opdracht!
Maak in Canva een poster over één vorm van voortplanting. Kies bijvoorbeeld een soort bloem of maak een uitwerking over de groei van een aardappel! 

Slide 8 - Slide

This item has no instructions