What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Van een ww een zn maken
Op welke 3 manieren kun je van een ww een zn maken?
1 / 16
next
Slide 1:
Open question
Taal
Basisschool
Groep 6
This lesson contains
16 slides
, with
interactive quizzes
and
text slide
.
Lesson duration is:
15 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Op welke 3 manieren kun je van een ww een zn maken?
Slide 1 - Open question
In de kombuis neemt de kok een schep snoep.
_________
A
Je zet het woord het voor het werkwoord.
B
Je gebruikt een vorm van het werkwoord.
C
Je plakt er een voorvoegsel of achtervoegsel aan.
Slide 2 - Quiz
Dan klinkt er een gil door het ruim.
____
A
Je zet het woord het voor het werkwoord.
B
Je gebruikt een vorm van het werkwoord.
C
Je plakt er een voorvoegsel of achtervoegsel aan.
Slide 3 - Quiz
De scheepsjongen deed een ontdekking.
________________
A
Je zet het woord het voor het werkwoord.
B
Je gebruikt een vorm van het werkwoord.
C
Je plakt er een voorvoegsel of achtervoegsel aan.
Slide 4 - Quiz
Hij hoorde het ritselen van een grote bruine rat.
__________
A
Je zet het woord het voor het werkwoord.
B
Je gebruikt een vorm van het werkwoord.
C
Je plakt er een voorvoegsel of achtervoegsel aan.
Slide 5 - Quiz
De lepel van de kok valt in de soep.
_______
A
Je zet het woord het voor het werkwoord.
B
Je gebruikt een vorm van het werkwoord.
C
Je plakt er een voorvoegsel of achtervoegsel aan.
Slide 6 - Quiz
Karin sprong op zijn bed. De beneden buren werden gek van het............
_________
Slide 7 - Open question
De tandarts behandelde het kind. De .... duurde kort.
________________
Slide 8 - Open question
Joost gilt als ze een rat ziet. De rat schrikt van de ........
_____
Slide 9 - Open question
Even oefenen met de woorden van week 1
Slide 10 - Slide
Degene die de teksten avn een krant, boek of tijdschrift nakijkt en verbetert.
A
drukker
B
vormgever
C
redacteur
Slide 11 - Quiz
Degene die ervoor zorgt dat beeld en tekst van een krant,boek of tijdschrift op papier afgedrukt worden.
A
drukker
B
vormgever
C
redacteur
Slide 12 - Quiz
Iets spannend wat je mee maakt.
A
favoriet
B
geloofwaardig
C
belevenis
D
stichten
Slide 13 - Quiz
Wat betekent stichten?
A
Datgene wat je het mooiste of beste vindt.
B
Iets heel uitgebreid vertellen.
C
iets laten ontstaan, iets beginnen.
Slide 14 - Quiz
Wat is een smoes?
A
Een feit om je zelf uit een vervelende situatie te redden.
B
Iets wat je verzint om je uit een vervelende situatie te redden.
Slide 15 - Quiz
vormgever
afraden
selecteren
lang van stof zijn
Slide 16 - Drag question
More lessons like this
Ayaz themawoorden
November 2022
- Lesson with
25 slides
Begrijpend lezen
Basisschool
Groep 6
Lezen: je leesprofiel verkennen: intro
January 2025
- Lesson with
22 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
taal actief thema 7 week 1
April 2022
- Lesson with
16 slides
Taal
Basisschool
Groep 6
taal actief thema 7 week 1
April 2021
- Lesson with
17 slides
Taal
Basisschool
Groep 6
50. Thema 6, week 1 Les 1a Media en communicatie
January 2020
- Lesson with
17 slides
Taal
Basisschool
Groep 8
Les 9 online je leesvoorkeur ontdekken
October 2022
- Lesson with
12 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
M2: 4.7 (woordsoorten)
April 2024
- Lesson with
13 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
Woordsoorten, wat weet je nog?
October 2023
- Lesson with
28 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3