H3.3 - Veranderen van fase

Dag allemaal! Ga op de JUISTE plek zitten. Pak een laptop en log in op de lessonup.
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Dag allemaal! Ga op de JUISTE plek zitten. Pak een laptop en log in op de lessonup.

Slide 1 - Slide

Dag allemaal! Ga op de JUISTE plek zitten. Pak een laptop en log in op de lessonup.

Slide 2 - Slide

Dag allemaal! Ga op de JUISTE plek zitten. Pak een laptop en log in op de lessonup.

Slide 3 - Slide

3.3 Veranderen van Fase

Slide 4 - Slide

Leerdoelen 3.3 Veranderen van Fase
  • Je kunt de 6 faseovergangen beschrijven 
  •  Je kunt beschrijven hoe de faseovergangen van water een belangrijke rol spelen bij allerlei weersverschijnselen. 

Slide 5 - Slide

Smelten
Een vaste stof word een vloeistof.


Chocola smelten!

Slide 6 - Slide

Noem nog een voorbeeld van iets wat smelt!

Slide 7 - Open question

Verdampen
een vloeistof word een gas!

(Let op, de gas die je ziet is geen waterdamp!) 

Parfum is ook een mooi voorbeeld.

Slide 8 - Slide

Condenseren
Een gas wordt Vloeistof!


Denk aan de spiegel in de badkamer als je gedoucht hebt

Slide 9 - Slide

Stollen
Een vloeistof word een vaste stof

Denk aan kaarsvet! Als een kaars afkoelt word het weer vast. 

Slide 10 - Slide

Is stollen hetzelfde als bevriezen? Leg uit!

Slide 11 - Open question

Bevriezen
Een andere naam voor stollen, specifiek voor vloeistoffen die vast worden bij een temperatuur onder 0 °C.

Slide 12 - Slide

Vervluchtigen
Een vaste stof word een gas. 


Denk aan een WC blokje in de WC. 
Er wordt uit het vaste blokje een lekkere geur verspreid. 

Slide 13 - Slide

Rijpen
Een gas wordt een vaste stof 


Denk aan de mooie witte bomen in de winter zonder dat er sneeuw is gevallen. 

Slide 14 - Slide

Fase overgangen en het weer
Smelten
Smelten
Verdampen
Condenseren
Bevriezen
Vervluchtigen
Rijpen

Slide 15 - Slide

Faseovergangen en het weer
verdampen
stollen
rijpen
vervluchtigen
smelten
condenseren

Slide 16 - Drag question

Ken je de faseovergangen nog?
verdampen
condenseren
stollen/bevriezen
smelten
rijpen

vervluchtigen

Slide 17 - Drag question


A
Smelten
B
Verdampen
C
Condenseren
D
Stollen (Bevriezen)

Slide 18 - Quiz


A
Smelten
B
Verdampen
C
Condenseren
D
Stollen (Bevriezen)

Slide 19 - Quiz

Welke fase-overgang is er, wanneer je en gesmolten ijsje in de vriezer legt
A
Smelten
B
Verdampen
C
Condenseren
D
Stollen (Bevriezen)

Slide 20 - Quiz

Bij de fase-overgang
rijpen gaat water van ...
rijp
A
vast naar vloeibaar
B
gas naar vast
C
vloeibaar naar vast

Slide 21 - Quiz

Ga nu zelf aan de slag
Wat? Maak de volgende opdrachten: H3.3 - 1, 2, 3, 4, 6, 7, 

Hoe? De eerste 5 minuten zijn stil. Daarna zachtjes overleggen.

Hulp? Eerste 5 minuten niet!

Klaar?
Maak alle opdrachten van H3.3

Slide 22 - Slide