Le Moyen Âge

De schrijver van Aucassin en Nicolette is
A
Frans
B
Sarrasijns
C
onbekend
D
bekend
1 / 20
next
Slide 1: Quiz
FransVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 6

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

De schrijver van Aucassin en Nicolette is
A
Frans
B
Sarrasijns
C
onbekend
D
bekend

Slide 1 - Quiz

Aucassin is
A
een koning
B
een graaf
C
een slaaf
D
een prins

Slide 2 - Quiz

Aucassin is
A
van adelijke afkomst
B
komt uit een boerenfamilie
C
van arme afkomst
D
zijn ouders waren slaven

Slide 3 - Quiz

Aucassin is
A
moslim
B
heeft geen geloof
C
joods
D
christelijk

Slide 4 - Quiz

Nicolette is
A
opgevoed aan het hof
B
geadopteerd vervolgens ontvoerd
C
opgevoed in een dorp
D
ontvoerd vervolgens geadopteerd

Slide 5 - Quiz

Nicolette is in werkelijkheid
A
een slavin
B
een gravin
C
een prinses
D
een boerendochter

Slide 6 - Quiz

Wat is dus een probleem voor Aucassin en Nicolette wat betreft hun liefde voor elkaar ?
A
ze hebben een groot leeftijdsverschil
B
Ze hebben een andere afkomst
C
ze zijn te jong .
D
Ze zijn familie van elkaar

Slide 7 - Quiz

Aucassin wordt naar het slagveld gestuurd
A
door de koning
B
door zijn oom
C
door Nicolette
D
door zijn vader

Slide 8 - Quiz

Aucassin
A
vlucht met Nicolette
B
sterft op het slagveld
C
gaat naar het slagveld
D
raakt gewond

Slide 9 - Quiz

Uiteindelijk
A
gaan Aucassin en Nicolette uit elkaar
B
trouwen Aucassin en Nicolette
C
blijven Aucassin en Nicolette vluchten
D
gaan Aucassin en Nicolette naar het buitenland

Slide 10 - Quiz

een Chantefable is
A
een gezongen verhaal
B
een verhaal dat wordt voorgelezen
C
een verhaal dat wordt verteld
D
een verhaal dat afwisselend wordt verteld en gezongen

Slide 11 - Quiz

Welke roman wordt er bespot door de auteur van Aucassin en Nicolette
A
Het verhaal van Karel de Grote
B
Het verhaal van koning Leeuwenhart
C
Het verhaal van koning Arthur
D
Het verhaal van "le roman de la Rose"

Slide 12 - Quiz

page 1 XXVII Chanté
Lees   het verhaaltje onder XXVII Chanté
        Zet de vertaling van page 2 op de juiste volgorde in het Nederlands. 

Slide 13 - Slide

Geef een voorbeeld van een opsomming

Slide 14 - Open question

Geef een 2 voorbeelden van een tegenstelling in de tekst

Slide 15 - Open question

"Il la baise "regel 6 Wie is "il "en wie is "la"


Slide 16 - Open question

"Elle l'a interrogé"Wie is "elle"en wie is " " l' "regel 8

Slide 17 - Open question

"pourvu que je sois avec vous" wie is "je"en wie "vous" regel 14

Slide 18 - Open question

Wat is het doel van opsommingen en tegenstellingen?

Slide 19 - Open question


Slide 20 - Open question