Elektriciteit les 2

Elektriciteit 
1 / 13
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Elektriciteit 

Slide 1 - Slide

Energiebronnen

In de ketel worden (fossiele) brandstoffen verbrand

Fossiele brandstoffen zijn energiebronnen:
Aardolie, Aardgas, 
Steenkool

Slide 2 - Slide

Dynamo en generator
Een dynamo zet bewegingsenergie om in elektrische energie

Een dynamo in het groot noemen we een generator. 

Een elektriciteitscentrale is een hele grote generator.

De elektriciteitscentrale zet warmte om in elektrische energie.

Slide 3 - Slide

Energiebronnen
Een bron van elektrische energie noemen we een spanningsbron. Bijvoorbeeld:

- batterij
- accu
- dynamo

Slide 4 - Slide

Energie

Slide 5 - Mind map

Voor en nadelen energiebronnen
fossiele brandstoffen:
Voordeel: gemakkelijk te verbranden
Nadelen: luchtvervuiling, klimaatverandering, de bron raakt op

kernenergie
Voordeel: minder luchtvervuiling
Nadelen: zeer gevaarlijk, het afval is radioactief en blijft nog eeuwig gevaarlijk 


Slide 6 - Slide

Duurzame energiebronnen
zon(ne-energie)
wind(energie)


Voordelen: geen vervuiling of milieuschade, het raakt niet op
Nadeel: Er is niet altijd zon of wind beschikbaar

Slide 7 - Slide

Wat is geen fossiele brandstof?
A
steenkool
B
aardolie
C
aardgas
D
aardwarmte

Slide 8 - Quiz

Wat is geen spanningsbron
A
stopcontact
B
accu
C
computer
D
dynamo

Slide 9 - Quiz

Wat is een nadeel van fossiele brandstoffen verbranden?
A
luchtvervuiling
B
gevaarlijk afval
C
duur
D
klimaatverandering

Slide 10 - Quiz

Wat is een voordeel van zonne-energie?
A
goedkoop
B
geen luchtvervuiling
C
de zon schijnt altijd
D
je kan sneller opladen

Slide 11 - Quiz

Wat is duurzame energie?

Slide 12 - Open question

Deze les heb je geleerd:
- Hoe je elektriciteit maakt,
- Welke energiebronnen er zijn, en 
- Wat verschillen zijn tussen deze energiebronnen.

Ga verder met opgaven maken in je wb: opgave 10 t/m 16




Slide 13 - Slide