1BK Thema 2 Cellen en organen oefentoets

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo
• Leerjaar 1

Organen en cellen

Oefentoets Thema 2

Bronnen:

Malmberg methode Biologie en verzorging voor jou

Biologiepagina.nl

Bioplek.org

Biologieweb.nl

e.a. 

Wat gaan we doen?

We oefenen voor de toets van thema 2

Doel van de les

Ik oefen met de leerstof van Thema 2 Cellen en organen

Hoe denk je dat je gaat scoren op de toets van Thema 2?

-1100

Hoe goed heb je al geoefend voor de toets van thema 2?

😒🙁😐🙂😃

Start

Dan komen nu de vragen. Heel veel succes!

Zet op volgorde van groot naar klein 

groot

klein

organenstelsel

cel

organisme

orgaan

Wat is nummer 5?

1. Long
2. Hart
3. Nier
4. Maag

Wat is nummer 2?

1. Long
2. Hart
3. Nier
4. Maag

Wat is nummer 10?

1. Long
2. Hart
3. Nier
4. Maag

Wat is nummer 6?

1. Long
2. Dikke darm
3. Nier
4. Maag

Alle cellen in je lichaam hebben dezelfde vorm

1. ja
2. nee
3. dat verschilt per persoon
4. bij een mens wel, bij een dier niet

Cellen...

1. ...zijn in werkelijkheid platte 'dingen'
2. ...lijken een beetje op een zakje met wat vocht.
3. ...zijn groter dan organen
4. ...zijn helemaal lege 'dingen'

Het hart is:

1. een organenstelsel
2. een cel
3. een orgaan
4. een organisme

Welk organenstelsel zorgt voor de vertering van je eten?

1. Het bloedvatenstelsel
2. De maag en de lever
3. Het verteringsstelsel
4. Het zenuwstelsel

De dunne- en dikke darm, de maag en de lever werken samen in het:

1. bottenstelsel
2. zenuwstelsel
3. spierstelsel
4. verteringsstelsel

Wat is de plantencel?

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

Wat heeft een plantencel wel
wat een dierlijke cel niet heeft?

1. celkern
2. cytoplasma
3. celmembraan
4. bladgroenkorrels

Opdracht:

Sleep de organen naar de juiste plek in de torso.

De celkern zorgt voor de stevigheid

1. juist
2. onjuist

Een organenstelsel is een groep organen die samen een bepaalde taak hebben.

1. juist
2. onjuist

Welk organenstelsel wordt hier weergegeven?

1. Bloedvatenstelsel
2. zenuwstelsel
3. Beenderstelsel
4. Spierstelsel

De maag van een mens is een.....

1. Cel
2. Weefsel
3. Orgaan
4. Orgaanstelsel

Waar staat de juiste volgorde van klein naar groot?

1. cel - weefsel - orgaan - orgaanstelsel - organisme
2. cel - weefsel - orgaan - organisme - orgaanstelsel
3. weefsel - cel - orgaan - orgaanstelsel - organisme
4. cel - orgaan - weefsel - orgaanstelsel - organisme

Alle cellen bestaan uit organen

1. juist
2. onjuist

2

4

3

5

6

Longen

lever

Dikke darm

Hart

Maag

Uit welke 3 celonderdelen bestaat een cel van ons lichaam?

1. cytomembraan, celkern, celwand
2. cytomembraan, cytoplasma, celmembraan
3. cytoplasma, celmembraan, celwand
4. cytoplasma, celmembraan, celkern

Is dit een dierlijke cel of een plantaardige cel?

1. Dierlijke cel
2. Plantaardige cel

Celwand

Celmembraan

Bladgroenkorrels

Cytoplasma

Celkern

Vacuole

Het wortelstelsel bestaat uit de wortelharen.

1. Ja
2. Nee

De wortelharen nemen water met voedingsstoffen op.

1. Ja
2. Nee

Welk deel eten we van deze plant?

1. Bladeren
2. Stengels
3. Wortels
4. Bloem

Regelt de celkern alles wat er in de cel gebeurt?

1. Ja
2. Nee

Zitten er wortelharen aan het uiteinde van de hoofdwortel?

1. Ja
2. Nee

Noem je de cellen van een plant plantaardige cellen?

1. Ja
2. Nee

Zitten vacuolen in de kern van een plantencel?

1. Ja
2. Nee

Welk orgaan wordt
aangegeven met nummer
3?

1. hart
2. lever
3. maag
4. long

Welk van de volgende organen behoort tot het verteringsstelsel?

1. Hart
2. Holle ader
3. Lever
4. hersenen

Welk deel van de plantaardige cel is een stevige laag om de cel?

1. celkern
2. celwand
3. vacuole
4. celmembraan

Welk orgaanstelsel zie je?

1. bloedvatenstelsel
2. zenuwstelsel
3. verteringsstelsel
4. ademhalingsstelsel

Bij welk orgaanstelsel hoort de luchtpijp?

1. ademhalingsstelsel
2. bloedvatenstelsel
3. verteringsstelsel
4. beenderenstelsel

Bij welk organenstelsel hoort de slokdarm?

1. ademhalingsstelsel
2. bloedvatenstelsel
3. verteringsstelsel
4. beenderenstelsel

Bij welk orgaanstelsel hoort het hart?

1. Beenderenstelsel
2. Bloedvatenstelsel
3. Spierstelsel
4. Ademhalingsstelsel

Wat hoort er op de puntjes:
Een .................. is een deel van je lichaam met een eigen functie

1. Cel
2. Orgaan
3. Organenstelsel
4. Organismen

Blad

Bloem

Stengel

Wortel

Wortel

Wortelstelsel

Wortelharen

Stengel

Vaten

Vaatbundels

zitten aan de uiteinden van de zijwortels

Buisjes in planten om water en voedingsstoffen te vervoeren

Het deel van de plant onder de grond

Alle wortels van een plant samen

Een groepje vaten

Deel van de plant tussen de wortels en de bladeren

Bouw van een Blad

Bladschijf

Zijnerf

Bladmoes

Bladsteel

Hoofdnerf

R2

Bouw van de wortel. Sleep de juiste naam naar het onderdeel. 

wortelharen

hoofdwortel

zijwortel

Aorta

Bronchie

Dikke darm

Dunne darm

Hart

Holle ader

Lever

Long

Luchtpijp

Maag

Slokdarm

Voel je je nu beter voorbereid op de toets?

😒🙁😐🙂😃

Nog heel veel succes met oefenen!