• What is LessonUp
  • Search
  • Channels
  • AI tools

    Beta

‹Return to search

Grammar: Persoonlijke en Bezittelijke Voornaamwoorden

Personal pronouns
and
possessive adjectives
cb p.92
wb p. 11 
1 / 26
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havoLeerjaar 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Personal pronouns
and
possessive adjectives
cb p.92
wb p. 11 

Slide 1 - Slide

Today ...
Today we’re going to talk about personal pronouns
(persoonlijke voornaamwoorden) and possessive adjectives (bezittelijke voornaamwoorden)

Our goal: at the end of the lesson you know how to use the personal pronouns!

Slide 2 - Slide

Uitleg ...
Een persoonlijk voornaamwoord gebruiken je in plaats van een zelfstandig naamwoord (een persoon, een dier, of een ding)...

Het meisje loopt - she walks
De jongen loopt   - he walks
De kat loopt -         it walks

Slide 3 - Slide

Welke persoonlijke voornaamwoorden ken je al in het Engels?

Slide 4 - Open question

Uitleg ...

Slide 5 - Slide

timer
2:00
I
you
he
she
they
we
it

Slide 6 - Drag question

https:

Slide 7 - Link

www.englisch-hilfen.de

Slide 8 - Link

Slide 9 - Slide

"Vertaal" naar een persoonlijk voornaamwoord:
Susan
A
he
B
we
C
you
D
she

Slide 10 - Quiz

"Vertaal" naar een persoonlijk voornaamwoord:
dog
A
he
B
it
C
you
D
I

Slide 11 - Quiz

"Vertaal" naar een persoonlijk voornaamwoord:
my friends and I
A
I
B
they
C
we
D
you

Slide 12 - Quiz

"Vertaal" naar een persoonlijk voornaamwoord:
my teachers
A
you
B
we
C
I
D
they

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Slide 17 - Slide

www.english-4u.de

Slide 18 - Link

She has a book.
It is ___ book.
A
her
B
his
C
she
D
its

Slide 19 - Quiz

We are called Smith.
____ last name is Smith.
A
we
B
us
C
your
D
our

Slide 20 - Quiz

The cat has a collar.
____ collar is the colour red.
A
her
B
his
C
its
D
our

Slide 21 - Quiz

Susan and Mike are twins.
____ birthday is in May
A
they
B
their
C
her
D
his

Slide 22 - Quiz

www.englisch-hilfen.de

Slide 23 - Link

Well done!


Slide 24 - Slide

Ik kan de persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden nu op de juiste manier gebruiken in een zin:
A
ja
B
nee
C
een beetje
D
helemaal niet

Slide 25 - Quiz

and now...
wb p. 10:
do exercise 6, 7, 8, 9

Slide 26 - Slide

More lessons like this

Grammar: Persoonlijke en Bezittelijke Voornaamwoorden

November 2019 - Lesson with 28 slides
EngelsMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havoLeerjaar 1

kt1 unit 1.3 pers / bez vnw/ Speaking

June 2021 - Lesson with 40 slides
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 1

Grammar: Persoonlijke en Bezittelijke Voornaamwoorden

October 2022 - Lesson with 33 slides
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

Grammar: Persoonlijke en Bezittelijke Voornaamwoorden

September 2019 - Lesson with 34 slides
EngelsMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havoLeerjaar 1

Grammar: Persoonlijke en Bezittelijke Voornaamwoorden

September 2024 - Lesson with 23 slides
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

Grammar: Persoonlijke en Bezittelijke Voornaamwoorden

September 2023 - Lesson with 25 slides
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

Persoonlijke Voornaamwoorden: Personal Pronouns

November 2022 - Lesson with 27 slides
EngelsMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 1

kt1 1.2 pers / bez vnw

September 2021 - Lesson with 36 slides
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 1
LessonUp
TermsPrivacy StatementCookie StatementContact
English

Our Cookies

We use cookies to improve your user experience and offer you personalized content. By using Lessonup you agree to our cookie policy.

Change settings