05 RVV art 62 t/m 75

Rechts zie je een doorgetrokken gele streep en een onderbroken gele streep. Zet de juiste vakjes in het juiste rode vlak 
parkeerverbod
stilstaanverbod
1 / 15
next
Slide 1: Drag question
verkeersopleidingenBeroepsopleiding

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Rechts zie je een doorgetrokken gele streep en een onderbroken gele streep. Zet de juiste vakjes in het juiste rode vlak 
parkeerverbod
stilstaanverbod

Slide 1 - Drag question

U bent hier gestopt voor de voetganger. Moest dit?
A
Ja. Dit bord regelt de doorgang voor bestuurders
B
Nee. Dit moet niet, maar mag wel
C
Nee. U heeft het vierkante bord en mag doorrijden

Slide 2 - Quiz

Zet de juiste betekenis bij het juiste bord

U nadert een niet gemarkeerde voetgangers oversteekplaats
Voetgangers-
oversteekplaats met een zebrapad
Overstekende / spelende kinderen

Slide 3 - Drag question

U ziet in uw binnenspiegel een vrachtauto rijden.
Mag hij doorrijden?
A
Nee. Dit bord geeft een verbod voor vrachtauto's aan.
B
Ja. Het onderbord geeft wel aan dat de vrachtauto route C moet volgen
C
Ja. Tenzij de vrachtauto bepaalde gevaarlijke stoffen bij zich heeft

Slide 4 - Quiz

U slaat hier rechtsaf.
Mag dat?
A
Ja. U rijdt in een eenrichtingsweg.
B
Nee. U mag alleen rechtdoor oversteken.

Slide 5 - Quiz

U steekt rechtdoor over. Kunt u tegenliggers verwachten?
A
Nee. U rijdt in een eenrichtingsweg.
B
Ja. U mag alleen rechtdoor oversteken. Dat zegt niets over de richting.

Slide 6 - Quiz

Bestaat dit bord echt?
A
Ja, maar het heeft geen wettelijke kracht.
B
Ja. En u moet hier gehoor aan geven.
C
Nee. Dit is fotoshop.

Slide 7 - Quiz

Het rode tramlicht begint te knipperen, maar de tram is nog op redelijke afstand. Wat doet u?
A
Ik rijd door. Ondanks het rode licht betekent dit een waarschuwing en niet een verplichting
B
Ik stop. Rood verkeerslicht is rood verkeerslicht
C
ik rijd door. De tram heeft tenslotte ook rood

Slide 8 - Quiz

Bij welk bord kunt u bromfietsen op de rijbaan verwachten?
A
Bord A
B
Bord B
C
Bord A en B
D
Geen van beide borden

Slide 9 - Quiz

Uw auto is 5.4 meter lang. Mag u doorrijden?
A
Nee. Ik mag niet langer dan 2.3 meter zijn.
B
Ja. Ik mag niet hoger dan 2.3 meter zijn.
C
Ja. Ik mag niet breder dan 2.3 meter zijn.

Slide 10 - Quiz

Uw auto is 5.4 meter lang. Mag u doorrijden?
A
Ja. Ik mag niet langer dan 10 meter zijn.
B
Ja. Ik mag niet hoger dan 10 meter zijn.
C
Ja. Ik mag niet breder dan 10 meter zijn.

Slide 11 - Quiz

Uw auto is 5.4 meter lang. Mag u doorrijden?
A
Nee. Ik mag niet langer dan 3.1 meter zijn.
B
Ja. Ik mag niet hoger dan 3.1 meter zijn.
C
Ja. Ik mag niet breder dan 3.1 meter zijn.

Slide 12 - Quiz

Sleep de juiste kenmerken in het juiste rode vak
buiten de bebouwde kom
binnen de bebouwde kom
strepen 1 meter. tussenruimte 3 meter.
strepen 3 meter. tussenruimte 9 meter.

Slide 13 - Drag question

Wat betekent dit bord?
A
voorrangskruispunt.
B
voorrangsweg.
C
Verleen voorrang aan bestuurders op de kruisende weg.

Slide 14 - Quiz

                        - titel ring                 - locatie pijl beginpunt                   - knooppuntensymbool                - wegvak ongesplitst        
                       - wegvak gesplitst                   - wegvak tussenruimte                   - wegvak uitgaand vanuit knooppunt

                        - brugsymbool                   - tunnelsymbool                   - hoofdwegnummer                   - locatie pijl eindpunt
  01
  02
  03
  04
  05
  06
  07
  08
  09
  10
   11

Slide 15 - Drag question