Cursus 3: §2 Personages

WELKOM BIJ NEDERLANDS!
Start met 10 minuten lezen. 
timer
10:00000
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

This lesson contains 13 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

WELKOM BIJ NEDERLANDS!
Start met 10 minuten lezen. 
timer
10:00000

Slide 1 - Slide

Planning

Uitleg werkwoordspelling 

Zelfstandig met de oefeningen aan de slag
P L A N N I N G
Cursus 3 - Fictie
1. Terugblik vorige les
2. Lesdoelen
3. Uitleg Fictie: Personages
4. Zelfstandig werken
5. Terugblikken en afsluiten

Slide 2 - Slide

  • Je kunt het verschil tussen fictie en non-fictie uitleggen. 
  • Je kunt verschillende emoties in een verhaal herkennen.
  • Je kunt je verplaatsen in een personage en uitleggen hoe een personage zich voelt.
  • Je kunt een personage beschrijven
Lesdoelen

Slide 3 - Slide

Fictie - Personages  

Slide 4 - Slide

Personages
  1. De hoofdpersoon is het belangrijkste personage in het verhaal.

  2. In het verhaal ook personages met kleine rollen, die noem je bijfiguren.

  3. Als jij je goed in het personage kan verplaatsen, dan identificeer jij je met dat personage.

Slide 5 - Slide

Uiterlijk
Alles wat je aan de buitenkant kunt zien.

  • leeftijd, lichaamsbouw, haarkleur, kleding
  • gedrag: betrouwbaar-onbetrouwbaar, chaotisch-precies, extravert-introvert
  • relatie tot andere personages: broer-zus, minnaar-minnares, schurk-held

Slide 6 - Slide

Innerlijk
Alle gedachten en gevoelens,
juist de dingen die je niet aan de buitenkant
kunt zien. 

Door de beschrijving van het innerlijk leer je het personage kennen.
Je begrijpt zo ook het gedrag van het personage beter.

Slide 7 - Slide

Typen
- altijd dezelfde kenmerken
- overdreven slecht, overdreven dom
Karakters
- lijkt meer op een echt mens
- goede en slechte      
  eigenschappen
- maken keuzes en maken een 
  ontwikkeling door.

Slide 8 - Slide

Perspectief


Ik-perspectief
Hij/zij  (personaal) perspectief
Wisselend  (meervoudig) perspectief

Slide 9 - Slide

Ik-perspectief

Ik-verteller​


Alleen gedachtes en gevoelens ik​


Slide 10 - Slide

Personaal perspectief
Hij/zij-verteller​


Alleen gedachtes en gevoelens hij/zij​


Slide 11 - Slide

Meervoudig perspectief


Wisselen tussen vertellers/vertelsituaties

Slide 12 - Slide

Planning

Uitleg werkwoordspelling 

Zelfstandig met de oefeningen aan de slag
OPDRACHTEN
Cursus 3 - Fictie
Maken
blz 71- 74; opdr. 3 en 4
blz 69 -71; opdr. 1 en 2

Leren:
theorie blz. 64 en 69

Klaar: 
nakijken, aftekenen, lezen in leesboek, NUMO  

Slide 13 - Slide