Op verzoek Examentraining Weer en Klimaat

Op verzoek Examentraining Weer en Klimaat
Deel 2
1 / 34
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Op verzoek Examentraining Weer en Klimaat
Deel 2

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat gaan we doen?
- Hoge en Lage Luchtdruk
- Wet van Buys Ballot
- Orkanen en Tornado's
- Hazard Management en Risicoperspectie
- Stijging-, Stuwings- en Frontale neerslag
- VS kaart landbouw
- Klimaatgrafieken lezen en plaatsen VS + Spanje
- Klimaatfactoren
- Broeikaseffect.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions



Lucht verplaatst zich aan het aardoppervlak altijd van hoge naar lage luchtdrukgebieden!





Hoge luchtdruk 


Lage luchtdruk 


Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Hoe meet je luchtdruk?
A
Luchtdrukmeter
B
Barometer
C
Thermometer
D
Isobarenmeter

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Hoge luchtdruk
Lage luchtdruk

Slide 5 - Drag question

This item has no instructions

Benoem de wet van Buys Ballot

Slide 6 - Open question

This item has no instructions

Teken de wet van Buys Ballot

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Wet van Buys Ballot

Slide 8 - Slide

Beschrijving: Wet van Buys Ballot - Coriolliseffect

Je zou verwachten dat de lucht in een rechte lijn van een hoge- naar een lagedrukgebied stroomt. Maar alles wat op de aarde beweegt, krijgt een afwijking. Op het noordelijk halfrond naar rechts, op het zuidelijk halfrond naar links. Dit heet het Corioliseffect, vernoemd naar Gaspard de Coriolis.
De wet van Buys Ballot is een wet uit de meteorologie, genoemd naar de Nederlandse meteoroloog Christophorus Buys Ballot.
Op het noordelijk halfrond waait de wind van een hogedrukgebied naar een lagedrukgebied met een afwijking naar rechts, door de draaiing van de aarde om zijn as.

Door de algemene luchtcirculatie rondom de aarde kennen we gebieden met permanente hogedruk bij de subtropen en bij de polen. Globaal gezien ziet dat eruit zoals op de afbeelding is weergegeven maar o.a. door de wisseling van de seizoenen verschuiven deze zones en zo kennen we:
  • gebieden met hogedruk die vrijwel het hele jaar droog zijn zoals bij de polen en de subtropen,
  • gebieden waar het het hele jaar door geregeld regent zoals de gebieden bij de middelste breedtegraden,
  • gebieden waar het zomers overwegend droog is en 's winters nat
  • gebieden waar het zomers geregeld regent en 's winters overwegend droog blijft. 

Wet van Buys Ballot
--> Corioliseffect

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

stijgingsregen

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Frontale Neerslag

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Stuwingsregen

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Nuttige neerslag = neerslag - verdamping
A
goed
B
fout

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Met welk begrip wordt de verdeling van de hoeveelheid neerslag over een bepaalde periode aangeduid?
A
Neerslagdebiet
B
Neerslagregiem
C
Neerslagverhang
D
Neerslagverval

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Bij frontale neerslag
A
Botsen warme en koude luchtstromen tegen elkaar
B
Wordt de neerslag door bergen omhoog gestuwd
C
Stijgt warme lucht op
D
Moeten je ruitenwissers extra hard werken

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Je hebt twee soorten regen: stuwings- en stijgingsregen.
Welke van de twee komt vooral voor rond de evenaar?
A
Stuwingsregen
B
Stijgingsregen

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Hoe ontstaat stuwingsregen?
(leerdoel)
A
Lucht stijgt op, koelt af en er ontstaat neerslag
B
Lucht stijgt op, warmt op en er ontstaat neerslag
C
Lucht daalt, koelt af en er ontstaat neerslag
D
Lucht daalt, warmt op en er ontstaat neerslag

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

De juiste volgorde van het ontstaan van stijgingsregen is ..
A
verdamping, opwarming, condensatie, afkoeling
B
afkoeling, daling, condensatie, verdamping
C
verdamping, condensatie, afkoeling, opwarming
D
opwarming, verdamping, afkoeling, condensatie

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Sleep de klimaatgrafieken naar de juist plek op de kaart

Slide 20 - Drag question

This item has no instructions

Klimaatfactoren

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Klimaatfactoren

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Het broeikaseffect
Broeikaseffect:
Het tegenhouden van warmtestraling door broeikasgassen.

Versterkt broeikaseffect:
Fossiele brandstoffen verbranden -> Toename koolstofdioxide in de dampkring
Er blijft meer warmte hangen op aarde. 


Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Door koolstofdioxide in de lucht is er het broeikaseffect.
Wat is het broeikaseffect?
A
Het afgeven van warmtestraling vanaf de zon naar de aarde.
B
Het tegenhouden van warmtestraling vanaf de ruimte naar de aarde.
C
Het tegenhouden van warmtestraling vanaf de aarde naar de ruimte.

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Zonder het broeikaseffect ...
A
... wordt het heel warm op aarde.
B
... blijft de temperatuur op aarde gelijk.
C
... wordt het op aarde net zo koud als in de ruimte.

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Orkaan  Tornado

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Slide 27 - Video

This item has no instructions

Slide 28 - Video

This item has no instructions

Slide 29 - Video

This item has no instructions

Slide 30 - Video

This item has no instructions

Verschillen orkaan en tornado
Orkaan Tornado
  • boven zee 
  • doorsnede: 500-1500 km 
  • duur: 5-10 dagen 
  • oog: groot 
  • zuidoosten VS 
  • goed te voorspellen 
Orkaan Tornado
  • boven land
  • doorsnede max 1 km
  • duur: ong. 10 minuten
  • oog: klein
  • midden VS (= "Tornado Alley")
  • moeilijk te voorspellen   

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

"Hazard Management"

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Risicoperceptie
Burgers maken een inschatting van het risico dat ze lopen om slachtoffer te worden of schade te ondervinden van een natuurramp; dit noemen we risicoperceptie.

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Zelf aan de slag
Maak alleen het 
- examen 2021 2de tijdvak Weer en klimaat
- nakijken van dit examen.
Heb je nog vragen over dit onderwerp??

Slide 34 - Slide

This item has no instructions