20230412 Woordenschat H4 - rijmende uitdrukkingen

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

Leg je deze materialen op tafel?

Leesboek

Pen

Werkboek

Schrift

Laptop

De planning van vandaag:

1. Lezen 
   
2. Woordenschat H1+2 terugblik
3. Uitleg Woordenschat H4
4. Zelfstandig werken

Beeldspraak

Geef een voorbeeld van een:

• vergelijking
• metafoor
• personificatie

De opdracht

Opdracht

We bekijken gezamenlijk een filmpje, dit doen we 2x.

Welke vergelijkingen/metaforen/personificaties kun jij vinden? 

Je schrijft deze op.

Klaar?

Werk verder aan je opdrachten Woordenschat.

Jochem Myjer

Vergelijking:

“Een vlecht als een scheepstouw over haar schouders hangen”  (1:43)

“Eerst sta je als een geile puber erin te drukken om te zien of ze wel rijp zijn” (2:40)

“Als je erin knijpt: alsof je in de billen van een 80-jarige vrouw aan het knijpen bent” (3:16)

“Als je die openmaakt, alsof je in je handen gesnoten hebt”  (3:23)

Personificatie:

“De natuur bepaalt zelf het tempo”  (3:00)

Leerdoel

Ik kan rijmende uitdrukkingen herkennen en begrijpen.

Vul de volgende uitdrukking aan:
Hij bekeek me van top tot ...

Vul de volgende uitdrukking aan:
Dat heb je dubbel en ... verdiend!

Vul de volgende uitdrukking aan:
Ze staat je met raad en ... bij.

Vul de volgende uitdrukking aan:
Ze kent in deze stad heg noch ...

Vul de volgende uitdrukking aan:
Hij vertelde het verhaal in geuren en ...

Rijmende uitdrukkingen

Beginrijm/allireratie: beginletters zijn hetzelfde

voor dag en dauw

schots en scheef

Eindrijm: eindletters zijn hetzelfde

tegen heug en meug

Doel

- rijmende uitdrukkingen       herkennen en aanvullen

- beginrijm (alliteratie) en eindrijm herkennen

Alliteratie

Bedenk bij jouw naam een passend ... dat begint met dezelfde letter.

Opdracht

Je werkt aan de opdrachten van Woordenschat (online/ boek):

A: H4, opdracht 1 t/m 4

HA: H4, opdracht 1 t/m 4

TH: H6, opdracht 1 t/m 4

Checkvragen

1. Wat is een metafoor?
2. Wat is personificatie? 
3. Geef een voorbeeld van een uitdrukking met beginrijm.
4. Geef een voorbeeld van een uitdrukking met eindrijm.