1.1 Wat wil je kopen?

1.1 Wat wil je kopen? 
Behoeften
Goederen en diensten
Kopen of zelf maken? 
Afronden & Getallen opschrijven (Rekenen)
1 / 21
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

1.1 Wat wil je kopen? 
Behoeften
Goederen en diensten
Kopen of zelf maken? 
Afronden & Getallen opschrijven (Rekenen)

Slide 1 - Slide

Aan het einde van deze paragraaf
1) Weet ik wat het verschil is tussen basis- en overige behoeften;
2) Weet ik wat goederen en diensten zijn;
3) Begrijp ik wat de begrippen consumeren en zelfvoorziening betekenen;
4) Kan ik afronden op hele getallen één en twee decimalen;
5) Weet ik hoe ik geldbedragen juist op moet schrijven.

Slide 2 - Slide

Behoeften

Slide 3 - Mind map

Opdracht 1 
Schrijf zo veel mogelijk (willekeurige) behoeften op je blad

Tijd: 2 minuten
Werkvorm: Samenwerken in tweetallen, overleg op fluistertoon

Slide 4 - Slide

Appel
Winterjas
Schoenen
Mobiele telefoon
Water
(Voorbeeld)
timer
2:00

Slide 5 - Slide

Opdracht 2
Plaats jullie behoeften in de juiste groep 

Tijd: 4 minuten
Werkvorm: Samenwerken in tweetallen, overleg op fluistertoon

Slide 6 - Slide

Basisbehoeften
Overige behoeften
Appel
Winterjas
Schoenen
Mobiele telefoon
Water
(Voorbeeld)
timer
4:00

Slide 7 - Slide

Aan het einde van deze paragraaf
1) Weet ik wat het verschil is tussen basis- en overige behoeften;
2) Weet ik wat goederen en diensten zijn;
3) Begrijp ik wat de begrippen consumeren en zelfvoorziening betekenen;
4) Kan ik afronden op hele getallen één en twee decimalen;
5) Weet ik hoe ik geldbedragen juist op moet schrijven.

Slide 8 - Slide

Maak opdracht 1 tot en met 3 (blz. 8)
Tijd: 5 minuten 
Werkvorm: Zelfstandig, overleg op fluistertoon met buurman/vrouw toegestaan
Klaar: Lees blz. 9 en maak opdracht 4,5 en 6.
timer
5:00

Slide 9 - Slide


A
Goed
B
Dienst

Slide 10 - Quiz


A
Goed
B
Dienst

Slide 11 - Quiz

Maak opdracht 4 tot en met 6 (blz. 8)
Tijd: 5 minuten 
Werkvorm: Zelfstandig, overleg op fluistertoon met buurman/vrouw toegestaan
Klaar: Lees blz. 11 en maak opdracht 10 t/m 13.
timer
5:00

Slide 12 - Slide

Aan het einde van deze paragraaf
1) Weet ik wat het verschil is tussen basis- en overige behoeften;
2) Weet ik wat goederen en diensten zijn;
3) Begrijp ik wat de begrippen consumeren en zelfvoorziening betekenen;
4) Kan ik afronden op hele getallen één en twee decimalen;
5) Weet ik hoe ik geldbedragen juist op moet schrijven.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Aan het einde van deze paragraaf
1) Weet ik wat het verschil is tussen basis- en overige behoeften;
2) Weet ik wat goederen en diensten zijn;
3) Begrijp ik wat de begrippen consumeren en zelfvoorziening betekenen;
4) Kan ik afronden op hele getallen één en twee decimalen;
5) Weet ik hoe ik geldbedragen juist op moet schrijven.

Slide 16 - Slide

Afronden en opschrijven
Heel getal  
1 decimaal   
2 decimalen ( € ) 

Slide 17 - Slide

Maak opdracht 7 tot en met 9 (blz. 10)
Tijd: 10 minuten 
Werkvorm: Zelfstandig, overleg op fluistertoon met buurman/vrouw toegestaan
Klaar: Lees blz. 12 en maak opdracht 14 en 15.
timer
10:00

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Slide 20 - Link

Aan het einde van deze paragraaf
1) Weet ik wat het verschil is tussen basis- en overige behoeften;
2) Weet ik wat goederen en diensten zijn;
3) Begrijp ik wat de begrippen consumeren en zelfvoorziening betekenen;
4) Kan ik afronden op hele getallen één en twee decimalen;
5) Weet ik hoe ik geldbedragen juist op moet schrijven.

Slide 21 - Slide