P6 Werkwoordspelling (oefentoets)

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 2

Oefentoets werkwoordspelling

De toets bestaat uit 30 vragen

Veel succes!

20 minuten

De jongens (v.t.) elkaar op het voetbalveldje.

1. ontmoete
2. ontmoeten
3. ontmoette
4. ontmoetten

De rechtbank besloot beide verdachten tegelijk te (berechten).

1. berechten
2. berechtten

Als ik de takken (vasthouden, tt), dan kan jij ze bij elkaar binden.

1. vasthoudt
2. vasthoud

Pak nu onmiddellijk je boek en (houden) je mond!

1. houd
2. houdt

Gisteren (luiden) de voorspelling nog regen en storm, maar nu schijnt de zon.

1. luidt
2. luid
3. luidde
4. luide

Het (verbazen, tt) me steeds weer dat er altijd wat moois bloeit in hun tuin.

1. verbaast
2. verbaasd
3. verbaasdt
4. verbaazd

Dat er ook 's winters iets in de tuin bloeit, heeft me altijd (verbazen).

1. verbaast
2. verbaasd
3. verbaasdt
4. verbaazd

Vul de juiste vorm van het bijvoeglijk naamwoord in:

De (verven) deur is nu geel.

1. geverfte
2. geverfde

Vul de juiste vorm van het bijvoeglijk naamwoord in:

Het (verzetten) werk was zwaar.

1. verzete
2. verzette
3. verzetten

Vul de juiste vorm in:

De (verbreden) boulevard is mooi.

1. verbreede
2. verbreedde
3. verbreden
4. verbrede

De relschopper belooft dat hij zijn gedrag verbetert.
verbetert =?

1. Tegenwoordige tijd
2. Verleden tijd

Zij vinden dat ze wel een snoepje hebben verdiend.
verdiend =?

1. Tegenwoordige tijd
2. Verleden tijd
3. Voltooid deelwoord
4. Bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord

Hij zegt dat dit al lang geleden is (beoordelen).

1. beoordeelt
2. beoordeeld

Hoe schrijf je het werkwoord in deze zin?

Mijn zusje <volleyballen> op hoog niveau.

1. volleyballt
2. volleybalt

Hoe schrijf je het werkwoord in deze zin?

Het winnende doelpunt werd <scoren> door Joost.

1. gescoort
2. gescoord

Hanna (promoten. vt) het werk van die schilder.

Als mijn opa een mooi verhaal (vertellen), luister ik aandachtig.

Vul de juiste vorm in

(Worden) je nieuwe vriend binnenkort gehuldigd?

Vul de juiste vorm in

Mijn zusje (besteden) veel tijd aan haar huiswerk

Vul de juist vorm in

Als jij je het niet (herinneren), dan weet ik het ook niet meer.

1. herinnert
2. herinnerd

Mijn oma heeft in haar leven veel (reizen).

1. gereist
2. gereisd
3. gereizt
4. gereizd

Je ... nooit wat ik gedaan heb.

1. raad
2. raadt

.... je broer morgen in zijn nieuwe auto?

1. rijd
2. rijdt
3. reed
4. reedt

Je ..... tegenwoordig steeds van mening.

1. verandert
2. veranderd
3. veranderde
4. veranderdde

Wat ,,,... hier allemaal?

1. gebeurt
2. gebeurd

Ik ...... de vraag gisteren correct.

1. beantwoord
2. beantwoordt
3. beantwoordde
4. beantwoorden

Hij ... in 2000 een leuk verhaal.

1. vertelt
2. verteld
3. vertelde
4. verteldde

Gisteren .....(antwoorden) jullie allemaal erg positief op mijn verhaal.

Vorig jaar ...... (besteden) ik veel geld aan kleding

Afgelopen week ....(missen) ik een date. Nu voel ik mij alleen:(