3.7 gewervelden

programma  
Waar ging het nog maar over...
Lezen 3.7
Uitleg 3.7 
uitleg opdracht 4
maken 3.7 opdracht 1 t/m 5
Nakijken 
1 / 29
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

programma  
Waar ging het nog maar over...
Lezen 3.7
Uitleg 3.7 
uitleg opdracht 4
maken 3.7 opdracht 1 t/m 5
Nakijken 

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Link

programma  1K
Huiswerk bespreken: maken 3.6: 1, 2, 3 en 7
Lezen 3.7 gewervelden, blz. 230
Uitleg 3.7 
uitleg opdracht 4
maken 3.7 opdracht 1 t/m 4
Nakijken via studiewijzer magister
timer
5:00

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Link

programma  1K
Huiswerk bespreken: maken 3.6: 1, 2, 3 en 7
Lezen 3.7 gewervelden, blz. 230
Uitleg 3.7 
uitleg opdracht 4
maken 3.7 opdracht 1 t/m 4
Nakijken via studiewijzer magister
Als we nog 10 minuten over hebben, quizvragen 3.6 en 3.7
timer
10:00

Slide 5 - Slide

Twan zegt, dat sommige bacteriën voedsel kunnen afbreken en dat ze zich voortplanten d.m.v. deling.
Jan zegt dat bacteriën een celkern hebben.
Wie heeft er gelijk?
A
Alleen Twan heeft gelijk
B
Alleen Jan heeft gelijk
C
Beide hebben gelijk
D
Beide hebben ongelijk

Slide 6 - Quiz

Welk celonderdeel komt er voor in een bacterie?
A
Celwand
B
Celkern
C
Bladgroenkorrels
D
Vacuole

Slide 7 - Quiz

Bacteriën kunnen eencellig en meercellig zijn
A
Juist
B
Onjuist

Slide 8 - Quiz

Welke van de onderstaande ziektes wordt door een bacterie veroorzaakt?
A
Griep
B
Aids
C
Oorontsteking
D
Corona

Slide 9 - Quiz

Welke dieren leggen hun eitjes (meestal) in het water?
A
vissen en amfibieën
B
vissen en reptielen
C
vissen
D
amfibieën

Slide 10 - Quiz

Welke zijn de warmbloedige dieren?
A
vissen en zoogdieren
B
reptielen en zoogdieren
C
vogels en reptielen
D
zoogdieren en vogels

Slide 11 - Quiz


Bij welke klasse hoort het dier met dit skelet?
A
vissen
B
amfibieën
C
reptielen
D
zoogdieren

Slide 12 - Quiz

Welke dieren leggen eieren met een taaie, leerachtige schaal?
A
vogels
B
reptielen
C
vogels en reptielen
D
reptielen en amfibieën

Slide 13 - Quiz

In welke klasse(n) drinken de jongen melk bij de moeder?
A
vogels
B
zoogdieren
C
zoogdieren en vogels
D
zoogdieren en reptielen

Slide 14 - Quiz

Bij welke klasse hebben de dieren veren?
A
vissen
B
reptielen
C
vogels
D
zoogdieren

Slide 15 - Quiz

Einde!
En de top 5 is.....?

Slide 16 - Slide

Gewervelden
  • Tweezijdig symmetrisch
  • Inwendig skelet met een wervelkolom 

Slide 17 - Slide

Gewervelden worden verdeeld in 5 klassen
  1. Vissen
  2. Amfibieën
  3. Reptielen
  4. Vogels
  5. Zoogdieren 

Slide 18 - Slide

Je kijkt naar de volgende kenmerken:
Huid: schubben, slijm, veren, haren
Lichaamstemperatuur: warm- of koudbloedig
Ademhalingsorganen: kieuwen of longen
Voortplanting: soort eieren of levendbarende kinderen
leefomgeving: land, water, lucht

Slide 19 - Slide

Warmbloedig of koudbloedig?
  • Warmbloedig: lichaamstemperatuur is altijd even hoog
  • Koudbloedig: lichaamstemperatuur is gelijk aan de temperatuur van de omgeving

Slide 20 - Slide

programma
Huiswerkcheck: nakijken 3.5, maken 3.6: 1, 2, 4, 5, 6
Lezen 3.7
Uitleg 3.7 
uitleg opdracht 4
maken 3.7 opdracht 1 t/m 5
timer
10:00

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Bij welke klassen hoor dit dier?
Forel
A
Reptielen
B
Zoogdieren
C
Vissen
D
Amfibieën

Slide 23 - Quiz

Bij welke klassen hoor dit dier?
Buizerd
A
Reptielen
B
Amfibieën
C
Zoogdieren
D
Vogels

Slide 24 - Quiz

Bij welke klassen hoor dit dier?
Kikker
A
Vissen
B
Amfibieën
C
Zoogdieren
D
Reptielen

Slide 25 - Quiz

Bij welke klassen hoor dit dier?
Das
A
Vissen
B
Amfibieën
C
Zoogdieren
D
Reptielen

Slide 26 - Quiz

Bij welke klassen hoor dit dier?
Hagedis
A
Zoogdieren
B
Reptielen
C
Vissen
D
Amfibieën

Slide 27 - Quiz

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide