BK1_U3_revise 2

timer
4:00
Schrijf zoveel mogelijk
woorden (Engels) over 'food'
op die je dit hoofdstuk hebt geleerd.
1 / 22
next
Slide 1: Mind map
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

timer
4:00
Schrijf zoveel mogelijk
woorden (Engels) over 'food'
op die je dit hoofdstuk hebt geleerd.

Slide 1 - Mind map

Planning
Two lessons left until the test

Goal of today: I can make plurals (meervoud) and use this/that/these/those in the right way. 

- Short quiz
- Make worksheet & extra explanation for some
- Practice vocab & stones

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide


Plural of:
A
hand
B
hands
C
hand's
D
handes

Slide 4 - Quiz

What is the plural of
woman
A
women
B
womans
C
women's
D
woman's

Slide 5 - Quiz

Plural of:
A
heroes
B
hero's
C
heros
D
held

Slide 6 - Quiz

Plural of:
A
puppies
B
puppy's
C
puppys
D
puppen

Slide 7 - Quiz

What is the plural of
watch?
A
watchs
B
watches
C
watch's
D
watchis

Slide 8 - Quiz

What is the plural of bus?
A
buss
B
busses
C
buses
D
buse's

Slide 9 - Quiz

Plural of:
A
shoe
B
shoes
C
schoenen
D
shoos

Slide 10 - Quiz

Plural of:
A
grape
B
grape's
C
graps
D
grapes

Slide 11 - Quiz

this, these, that, those

Slide 12 - Slide

Dichtbij
Verder Weg
Enkelvoud
Meervoud
Complete the table using the correct demonstrative pronouns
this
that
these
those

Slide 13 - Drag question



_________ people over there.
A
these
B
those
C
this
D
that

Slide 14 - Quiz


_________ table over here.
A
these
B
those
C
this
D
that

Slide 15 - Quiz

Use: this, these, that, those:

__________ house at the end of the street.
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 16 - Quiz

This, these, that, those?

Are ... your pencils here?
A
this
B
these
C
that
D
those

Slide 17 - Quiz


I want .... candies which I saw in the other shop.
A
this
B
these
C
that
D
those

Slide 18 - Quiz

Breinbrekers: kennis combineren

Slide 19 - Slide

Vertaal deze zin:
Kijk naar deze vlinders hier.

Slide 20 - Open question

Vertaal deze zin:
Zijn dit jouw pannenkoeken?

Slide 21 - Open question

Oefenen, oefenen, oefenen

Wat: Maak het werkblad. 
Hoe: Zelfstandig. 
Hulp: aantekeningen, buur. 
Tijd: 12 min. 
Uitkomst: nakijkblad.
Klaar: Eerst nakijken, dan: zie hiernaast. 

Nagekeken? Maak dan een keuze:

- In tweetallen een dictee, 5 woordjes NL, 5 woordjes EN. Wissel om. 
- Quiz theme words en/of grammar in Step Stones online => zie planning
- Oefen grammatica in Step Stones online => planning. 

Quiz & grammar oefenen is huiswerk voor donderdag.

Slide 22 - Slide