Hoofdstuk 7. Eten en verteren - Paragraaf 7.2 Energie

ENERGIE
1 / 17
next
Slide 1: Slide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 75 min

Items in this lesson

ENERGIE

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen:
  • Nakijken opdrachten paragraaf 7.1 

  • Herhalen Paragraaf 7.1

  • Uitleg paragraag 7.2

  • Aan het werk

Slide 2 - Slide

 Sleep de voedingsstoffen naar de juiste groepen
energierijke stoffen
bouwstoffen
beschermende stoffen
suiker
vetten
vitaminen
mineralen
water
eiwitten
zetmeel

Slide 3 - Drag question

Wat zijn voedingsmiddelen?
A
Gezond leren eten
B
Middelen om voeding te maken
C
Alles wat we eten
D
Alles wat we eten en drinken

Slide 4 - Quiz

Welke voedingsstoffen zijn energierijke stoffen?
A
alle voedingsstoffen
B
koolhydraten
C
vetten
D
eiwitten

Slide 5 - Quiz

Waar zijn voedingsvezels belangrijk voor?
A
voor de smaak
B
voor het kauwen
C
voor de darmen
D
voor het slikken

Slide 6 - Quiz

welke 3 invloeden zijn voor je eetgewoonte van belang?
A
voorkeur eten, plek waar je woont, geloof
B
voorkeur eten, plek waar je woont, ouders
C
ouders, geloof, man of vrouw
D
dik of dun, geloof, plek waar je woont

Slide 7 - Quiz

Welke stoffen vallen onder bouwstoffen?
A
Vitaminen, mineralen, water
B
eiwitten, mineralen, water
C
suiker, mineralen, water
D
zetmeel, mineralen, water

Slide 8 - Quiz

Leerdoelen

- Je leert wat en hoeveel je moet eten om voldoende energie te krijgen.

Slide 9 - Slide

Hoe kom je aan energie?
Je hebt energie nodig om te bewegen en om warm te blijven.

Je lichaam haalt energie uit energierijke stoffen. Dat zijn:
  1. koolhydraten (suikers en zetmeel) 
  2. vetten 

Koolhydraten haal je uit brood, aardappels, rijst en pasta. Vetten haal je uit boter en olie.

Slide 10 - Slide

Hoeveel energie heb je nodig?

Hoeveel energie je nodig hebt, hangt af van:
  1. Wat je doet 
  2. Hoe oud je bent 
  3. Of je een man of een vrouw bent 

Energie in voedsel wordt aangegeven met kilojoule (kJ) of kilocalorie (kcal).

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Link

Waarom  moet je niet veel suiker en vet eten?

Als je vaak meer energierijke stoffen binnenkrijgt dan je nodig hebt, krijg je overgewicht

Overgewicht is ongezond.

Slide 13 - Slide

Waarom moet je niet veel suiker en vet eten?
Door suiker krijg je eerder last van tandbederf: je krijgt een gaatje.

Een gaatje ontstaat doordat bacteriën van suikers in je eten een zuur maken. Dat zuur maakt het tandglazuur en tandbeen kapot.

Je maakt je tandglazuur sterk door je tanden te poetsen met tandpasta met fluor.

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Aan het werk
Hoofdstuk 7. Eten en verteren
Paragraaf 7.2 Energie
Maken opdracht 1 t/m 14 (blz. 18 t/m 22)

BEN JE KLAAR?
- Maken Zelf samenvatten en test jezelf op blz. 24 en 25
- Samenvatten paragraaf 7.2 of www.biologiepagina.nl
(maak een begrippenlijstje of ga oefenen met QUIZLET)
timer
10:00

Slide 16 - Slide

Kahoot!
Ga naar de app Kahoot! en log in met de code

OF

Ga naar kahoot.it en log in met de code

Slide 17 - Slide