les 7 Unité 3

Bonjour!!!!
On commence dans.....
Aan het einde van deze les ....
  • .... Kan ik lijdend voorwerp en meewerkend voorwerp herkennen in de zin
  • ...  Ken ik het onregelmatige werkwoord écrire.
  • .... Kan ik lijdvw en meewerkend vw vervangen door persoonlijk vnw in de zin

1.   De les duurt 45 min 
2.  Je hebt nodig: laptop; lesson up app, schrift, pen
3.  Je mobiel zit in je kluisje, je spullen liggen op je tafel, je let op wanneer de docent wil beginnen
timer
1:00
La semaine 19: mercredi le sept mai


1 / 34
next
Slide 1: Slide
FransVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 3

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Bonjour!!!!
On commence dans.....
Aan het einde van deze les ....
  • .... Kan ik lijdend voorwerp en meewerkend voorwerp herkennen in de zin
  • ...  Ken ik het onregelmatige werkwoord écrire.
  • .... Kan ik lijdvw en meewerkend vw vervangen door persoonlijk vnw in de zin

1.   De les duurt 45 min 
2.  Je hebt nodig: laptop; lesson up app, schrift, pen
3.  Je mobiel zit in je kluisje, je spullen liggen op je tafel, je let op wanneer de docent wil beginnen
timer
1:00
La semaine 19: mercredi le sept mai


Slide 1 - Slide

Le programme d'aujourd'hui:
Vandaag: Herhalen stof, aangeven wat nog oefenen

1. Questions? Mini SO apprendre 6
2. Quizlet alle apprendre of zelf leren
3. Uitleg programma deze week, en/ of extra oefenen..
4. Devoirs: ler. stof toets volgende week:  Apprendre 1,2,4,6,8,10 F/N  Apprendre 3,5, begrijpen en kunnen  toepassen 

Slide 2 - Slide

Mini SO apprendre 6
1. le but                                      8. breken
2. de nouveau                         9. na 
3. le secret                               10. antwoord geven op
4. apprendre
5. gouter
6. de pannenkoek
7. de mensen

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Link

Weekprogramma: Kies uit ...
1. Extra oefenen: Lesson up van vandaag

2. Extra oefenen : menu au choix grammaire 1 et 2 ( écrire, 16f t/m h ). Je bepaalt zelf wanneer en of je het tijdens les doet, zodat je me vragen kunt stellen of als HW

3. Oefenen werkwoorden: verbuga.nl: écrire et, regm. ww -er

4. Leren woorden:  Quizlet of studie go of eigen gemaakte woordenlijsten
5. Planning maken, samenvatting, leren
6. Diagnostische toets maken  - deze moet in ieder geval voor volgende week


Slide 5 - Slide

écrire

Slide 6 - Slide

(Hij schrijft) ... toujours avec un stylo.

Slide 7 - Open question

Zij schreef
A
Elle écrit
B
Elle écrira
C
Elles écrivaient
D
Elle écrivait

Slide 8 - Quiz

Pendant les cours, (men heeft geschreven) ... une lettre en français.

Slide 9 - Open question

We zullen schrijven
A
Nous écrivons
B
Nous écrivions
C
Nous écrirons
D
On écrira

Slide 10 - Quiz

Maak de juiste combinaties
Ik schrijf
Jij zult schrijven
Jij schreef
Ik zal schrijven
Men zal schrijven
Wij schreven
Wij schrijven
Men heeft geschreven
J'écris
Tu écriras
Tu écrivais
J'écrirai
On écrira
Nous écrivions
Nous écrivons
On a écrit

Slide 11 - Drag question

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

De plaats van het pronom
We plaatsen het COD  / COI voor de persoonsvorm.
Je donne une fleur à ma mère   
Je la donne à ma mère              Je lui donne une fleur       Je la lui donne 

Als er een infinitief in de zin staat, dan plaatsen we het pronom vóór de infinitief.
Je vais donner une fleur à ma mère 
Je vais la donner à ma mère        Je vais lui donner une fleur 


Slide 14 - Slide

Tu vois tes amis?
vervang 'tes amis'
A
Tu le vois?
B
Tu la vois?
C
Tu les vois?
D
Tu l'a vois?

Slide 15 - Quiz

Elle étudie la carte routière.
vervang 'la carte routière'
A
Elle la étudie.
B
Elle l'étudie.
C
Elle le étudie.
D
Elle étudie le.

Slide 16 - Quiz

Nous donnons ce souvenir à Bart.
vervang 'ce souvenir' (m)

Slide 17 - Open question

Tu laves la voiture?
vervang 'la voiture'

Slide 18 - Open question

herschrijf de zin en vervang het COD of COI:
J'ai regardé le film sur netflix.

Slide 19 - Open question

Elle a donné le cadeau à ses parents.
vervang 'à ses parents'

Slide 20 - Open question

Elle va donner le cadeau à ses parents.
vervang 'à ses parents'

Slide 21 - Open question

J'offre ces fleurs à Thomas.
vervang 'ces fleurs' & "à Thomas"

Slide 22 - Open question

C'est la fin🏁

Slide 23 - Slide

Ten alle tijde mag je me om hulp vragen: 

Dat kan bij maken van opdrachten, extra uitleg grammatica etc. 
Dus ...  bedenk wat heb ik nodig? 

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Link

Slide 26 - Link

Slide 27 - Link

Overhoring apprendre 8: 
1. la punition                           8. het geluid
2. manifester                         9. staken
3. le matin                               10. de wet
4. le voleur
5. l'habitant
6. aankondigen
7. moe

Slide 28 - Slide

Bonne chance!!
Veel succes met leren: 
ler. stof toets volgende week: Apprendre 1,2,4,6,8,10 F/N Apprendre 3,5, begrijpen en kunnen toepassen 

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Video

Slide 31 - Video

Armen omhoog.. goed gedaan!
1 arm voorwaarts ander achterwaarts draaien
staan - been rondje draaien, andere been, been rondje draaien andere arm 6 tekenen.

Slide 32 - Slide

Even iets anders.. autre chose:
Verwen jezelf met even iets anders doen en daarna nog lekker smullen ook  van een frans recept.. voor Franse appeltaart.. très facile!! Alors allez-y..

Klaar? Envoyez moi une photo avec le résultat.. 

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Link