Organisatie en regelgeving - winkelbeheer - les 2

1 / 36
next
Slide 1: Slide
EconomieSecundair onderwijs

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Terugblik naar vorige les:
Bij welke instanties kan je je informeren wanneer je zelf een onderneming wilt opstarten?

Slide 2 - Open question

Terugblik naar vorige les:
Om een onderneming te starten moet je handelingsbekwaam zijn, dat is een ___________?
A
persoonlijke voorwaarde
B
kennisvereiste
C
verplichting die je moet aanvragen voor de start van je onderneming
D
verplichting die je moet aanvragen na de start van je onderneming

Slide 3 - Quiz

Terugblik naar vorige les:
Welke attesten hadden horecazaken ook alweer nodig?

Slide 4 - Open question

Terugblik naar vorige les:
Wat zijn seveso-bedrijven?
A
Bedrijven waar verbouwingen doet, gronden analyseert en bouwmaterialen controleert.
B
Bedrijven waar men specifieke diploma's voor nodig heeft om hen op te richten.
C
Bedrijven waar men gevaarlijke stoffen produceert, verwerkt, behandelt of opslaat.
D
Bedrijven die horeca uitbaten.

Slide 5 - Quiz

Terugblik naar vorige les:
In de ambulante handel moet je in bezit zijn van een __________?
A
beroepskaart
B
hygiëneattest
C
SABAM-attest
D
leurkaart

Slide 6 - Quiz

Ondernemingsvormen 

Slide 7 - Slide

Rechtspersoon
Natuurlijk persoon 
Eenmanszaak 
Vennootschap
mens van vlees en bloed 
Organisatie

Slide 8 - Drag question

Welke ondernemingsvormen gingen we allemaal onderscheiden?

Slide 9 - Open question

Slide 10 - Slide

besloten vennootschap
naamloze vennootschap 
maatschap
coöperatieve vennootschap
grote ondernemingen
€61.500,00 startkapitaal
KMO's
beperkte aansprakelijkheid
geen vereist minimumkapitaal
sociale economie 
minstens 3 vennoten 
zonder rechtspersoonlijkheid
verbinding tussen personen 
zonder notariële akte 

Slide 11 - Drag question

Ga naar volgende website:
https://kbopub.economie.fgov.be/kbopub/zoeknummerform.html 

Slide 12 - Slide

Zoek de volgende Wetterse bedrijven op en plaats hieronder welke ondernemingsvorm zij hanteren.
- juwelier Kris Baele
- Zeeman Wetteren markt
-t'baggetje
- apotheker goed pharma

Slide 13 - Open question

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

bescherming van het gezin 

Slide 18 - Slide

Zoek zelf 1 van volgende huwelijksstelsels op en leg uit aan elkaar:
- wettelijke stelsel
- algehele scheiding van goederen
- gemeenschap van goederen

Slide 19 - Open question

wettelijke stelsel 
scheiding van goederen 
gemeenschap van goederen 

Slide 20 - Slide

Verzekeringen 

Slide 21 - Slide

Bestudeer het verzekeringscontract en leidt volgende zaken af:
- Wie is de verzekeringsnemer?
- Wie is de verzekeraar/de verzekeringsmaatschappij?
- Welke premie wordt hier gehanteerd?
- Over welke verzekering gaat het hier?

Slide 22 - Open question

Franchise 
Omnium
Overeenkomst 
Risico 
de grens, vanaf dit bedrag gaat de verzekeringsmaatschappij schadevergoeding uitkeren. 
een verzekering bovenop wat wettelijk verplicht is. 
Wederkerig, tussen beide partijen
waartegen je je verzekerd

Slide 23 - Drag question

Welke soort verzekeringen kennen jullie?

Slide 24 - Mind map

BA-motorvoertuigen
arbeidsongevallenverzekering
familiale verzekering
hospitalisatieverzekering
brandverzekering
levensverzekering
Bij een ongeval dekt een ________ de schade aan derden wanneer u (of uw passagier) aansprakelijk bent. Deze autoverzekering is wettelijk verplicht.
Deze polis vergoedt de economische gevolgen door de lichamelijke letsels van je werknemer die slachtoffer valt, deze is wettelijk verplicht voor werkgevers. 
_________ vergoedt schade die u, iemand uit uw gezin of uw huisdier toebrengt aan derden
________ dekt medische kosten ten gevolge van een ziekenhuisopname door ziekte, ongeval of bevalling.
een verzekering die uitkeert bij overlijden of op een vooraf afgesproken moment
beschermt de waarde van je huis en je inboedel tegen onder meer de gevolgen van brand, storm, overstroming en sneeuwdruk

Slide 25 - Drag question

betalingsmogelijkheden 

Slide 26 - Slide

Wat was het laatste goed/dienst dat je gekocht hebt?

Slide 27 - Open question

Hoe heb je dat betaald?
bankkaart (debetkaart)
kredietkaart
contactloos
cash
overschrijving
paypal
per SMS
andere

Slide 28 - Poll

Slide 29 - Slide

communicatiemogelijkheden

Slide 30 - Slide

Welke offline en online communicatiemogelijkheden ken je?

Slide 31 - Mind map

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Link

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide