Unité 3 AH 1 12 janvier

1 / 20
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Lesdoel: aan het einde van de les...
- herken ik de Franse werkwoorden  die eindigen op -er
- kan ik Franse werkwoorden op -er vervoegen

Slide 2 - Slide

Le programme:
1. Questions sur les devoirs ? Faire : p. 87-89.
Apprendre : Apprendre 4 p.101.Extra oefenen met Ecouter (Luistervaardigheid)Menu au choix 1* /2* / 3* (online)
 
2. Aantekening grammaire I: werkwoorden op -er
3. Au travail!

Slide 3 - Slide

Grammaire I: t.t. van regelmatige ww op -er
Onregelmatige ww                                   Regelmatige ww
Veranderen van vorm                              Er is een regel
bijv. 
- être    = zijn                                                - (bijna) alle ww eindigen op  - avoir = hebben                                                -er  bijv.
                                                                             (regarder, chercher, aimer,
                                                                              etc.)                                


Slide 4 - Slide

Welke Franse werkwoorden
op -er ken ik al?

Slide 5 - Mind map

Grammaire I: t.t. van regelmatige ww op -er
Hoe vervoeg ik werkwoorden op -er?
1.  Pak het hele werkwoord                            BV: regarder

2. Haal -er van het werkwoord af,
de stam blijft over                                             BV: regard

3. Plak de goede uitgang erachter

Slide 6 - Slide

Grammaire I: t.t. van regelmatige ww op -er
De uitgangen:

je                   regarde            = ik kijk 
tu                  regardes          = jij kijkt
il/elle/on    regarde            = hij/zij/men kijkt
nous            regardons       = wij kijken
vous             regardez         = jullie kijken/ u kijkt
ils/elles       regardent       = zij kijken

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Welke vorm is goed?
Nous (travailler)
A
travaille
B
travailles
C
travaillent
D
travaillons

Slide 9 - Quiz

Welke vorm is goed?
Marie (danser)
A
dansez
B
danses
C
danse
D
dansons

Slide 10 - Quiz

Vervoeg het werkwoord, schrijf de hele zin op.
Tu (écouter) de la musique?

Slide 11 - Open question

Vervoeg het werkwoord, schrijf de hele zin op.
Pierre et Sophie (chercher) les livres

Slide 12 - Open question

Slide 13 - Video

Les devoirs: 
Faire : p. 87-89.
Apprendre : Apprendre 4 p.101.
Extra oefenen met Ecouter (Luistervaardigheid)
Menu au choix 1* /2* / 3* (online).

Slide 14 - Slide

1e klas:  le treize janvier 2021

Slide 15 - Slide

Lesdoel: aan het einde van de les...
- kan ik Franse werkwoorden op -er vervoegen
- heb ik de getallen 1 - 20 herhaald
- heb ik geoefend met woorden die aan elkaar worden  uitgesproken


Slide 16 - Slide

Le programme:
1. Questions sur les devoirs ? (ex. 8 a t/m  e)
2. Herhalen aantekeningen ww op -er - quizlet en verbuga
3. Herhalen nombres 1 - 20
4. Ex. 9 samen maken
5. Au travail! faire: ex. 9 t/m 11

Slide 17 - Slide

schrijf in het frans de getallen op die je weet

Slide 18 - Mind map

Slide 19 - Link

Hoe leer je vervoegen ww? 
1. Regels uit je hoofd leren en dan jezelf oefeningen geven
2. Kaartjes maken met je, tu il, elle etc en kaartjes met ik, jij hij etc en kaartjes met een stam bijv. regard en kaartjes met de uitgangen: e, e, es, etc en deze bij elkaar zoeken.
3. Oefenen met verbuga

Slide 20 - Slide