1.3 Percentage gevraagd.

1.3 Percentage gevraagd.
Wat gaan we doen:
  • Vragen over 1.2?
  • Even herhalen.
  • Uitleg Percentage berekenen.
  • Maken 1.3 digitaal -->Berekeningen bij iedere som in je schrift opschrijven!
1 / 11
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 3

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

1.3 Percentage gevraagd.
Wat gaan we doen:
  • Vragen over 1.2?
  • Even herhalen.
  • Uitleg Percentage berekenen.
  • Maken 1.3 digitaal -->Berekeningen bij iedere som in je schrift opschrijven!

Slide 1 - Slide

Een zak chips kost € 0,89 exclusief 9% BTW.
Bereken de prijs inclusief BTW.

Slide 2 - Open question

100 + 9 = 109 %
%
100
1
109
0,89
X
0,97
: 100           x 109
: 100            x 109
De zak chips kost € 0,97 inclusief btw.

Slide 3 - Slide

Percentage berekenen.

In de tabel zie je dat de neerslag in 
Nederland toeneemt.

  • De stijging van periode I naar
    periode II is 738 - 718 = 20 mm.
  • Dit is de absolute toename.
  • Vaak wordt de toename in procenten berekent. Dit is de procentuele toename.
  • Dit wordt ook wel de relatieve toename genoemd.


Slide 4 - Slide

Met hoeveel procent is de neerslag in
periode II gestegen vergeleken met
periode I.


Aanpak:
  • Bereken de absolute toename in mm.
  • Je vergelijkt met periode I,
    dus periode I is 100%.
  • Een  percentage rond je af op 100%

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Wat is een relatieve toename?
A
een toename in getallen
B
een toename in euro's
C
een toename in procenten

Slide 7 - Quiz

Een fiets heeft een adviesprijs van € 1099. In de aanbieding is de prijs € 749.
Je moet de procentuele afname berekenen.
Welk bedrag hoort bij 100%?
A
1099
B
749

Slide 8 - Quiz

Een fiets heeft een adviesprijs van € 1099. In de aanbieding is de prijs € 749.
Bereken de procentuele afname.

Slide 9 - Open question

1099 - 749 = 350
%
100
X
31,84..
1099
1
350
: 1099           x 350
: 1099            x 350
Je krijgt 31,8 % korting.

Slide 10 - Slide

1.3 Percentage gevraagd.
Wat gaan we doen:
  • Vragen over 1.2?
  • Even herhalen.
  • Uitleg Percentage berekenen.
  • Maken 1.3 digitaal -->Berekeningen bij iedere som in je schrift opschrijven!

Slide 11 - Slide