3.4 de WIC en Suriname

Leerdoel
Ik kan uitleggen waar de WIC zich mee bezig hield en waardoor  de trans-Atlantische slavenhandel ontstond.
1 / 16
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 16 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Leerdoel
Ik kan uitleggen waar de WIC zich mee bezig hield en waardoor  de trans-Atlantische slavenhandel ontstond.

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Link

Slide 3 - Link

Slide 4 - Video

1621 opriching van West-Indische Compagnie de WIC
  • Oorzaak oprichting: dwarszitten van Spanje op zee (kaapvaart), want de oorlog (de Opstand) met Spanje werd hervat in 1621. WIC kreeg het handels monopolie op de handel in West-Indië.
  • Gevolgen: kaapvaart,  handelen in de Amerika's, kolonies stichten, slavenhandel.
  • Piet Hein kaapt in 1628 de zilvervloot.
  • 1624 handelsfactorij Nieuw-Amsterdam. Kolonies in Antillen, Suriname en Brazilië.

Slide 5 - Slide

Slavernij en slavenhandel
  • Oorzaak: Slavernij was in Afrika normaal => je werd slaaf als je krijgsgevangen was gemaakt, als straf of vanwege schulden. Binnen Afrika zelf werd er druk gehandeld in slaven. 
  • Gevolg van stijgende Europese vraag naar slaven: Afrikaanse vorsten gingen, meer oorlog voeren voor krijgsgevangen en ondernamen strooptochten naar het binnenland om mensen te ontvoeren en te kopen voor nieuwe slaven.

Slide 6 - Slide

Slavenplantages
  • 1630 WIC veroverde Portugese kolonie in Brazilië en maakten kennis met de wrede trans-Atlantische slavenhandel. 
  • Volgens Spanje en Portugal kon je in de Amerika's alleen veel winst maken als je  plantages aanlegde met suikerriet, katoen, tabak en koffie. 
  • Oorzaak: WIC kolonie niet winstgevend en mislukte omdat er geen Nederlandse kolonisten wilden komen en Katholieke Portugezen wilden geen protestanten.

Slide 7 - Slide


  • Gevolg: Wel winstgevend en goedkoper was het vervoeren van slaven. Daarom werd fort El-mina op Portugezen veroverd en andere slavenforten gesticht in Afrika.

  • Afrikaanse vorsten bezaten ook duizenden slaven, om voor hen te werken en als statussymbool.
  • Arabische kooplui kochten slaven aan voor het Midden-Oosten en Noord-Afrika.

Slide 8 - Slide

Driehoekshandel of Trans-Atlantische slavenhandel.
  • Nederland naar Afrika=> katoenen stoffen, munitie, wapens. Van Afrika naar Amerika=> slaven, van Amerika naar Nederland=> katoen, koffie, tabak, suiker.
  • Vanuit slavenfort El Mina werden slaven 'bewaard', gekeurd of ze gezond waren en dan op transport naar de Amerika's om te laten werken op de plantages in de kolonies.Veel slaven stierven door ziektes, reis, zware werk en slechte behandeling=> telkens nieuwe slaven weer nodig.

Slide 9 - Slide

Geen gewetensbezwaren met betrekking tot de slavernij.
  • In de die tijd waren er weinig mensen die vonden dat je zwarte medemensen niet tot slaaf kon maken, als slaaf kon verhandelen en voor je laten werken. 
  • Zowel de katholieke als protestantse kerk deed niets. Erger nog, ze vonden dat mensen met een donkere huidskleur geen ziel hadden en dus niet als mens beschouwd hoefden te worden. De slavernij en slavenhandel was niet in strijd met de christelijke vrijheid.

Slide 10 - Slide

Er ontstaat een wereldeconomie.
  • Oorzaak: wereldeconomie ontstond: de Moedernegotie in de Oostzee, de VOC in Azië en de WIC in de Amerika's dreef de Republiek over de hele wereld handel.
  • Gevolgen: Engeland wil hier wat tegen doen: 1651=> Acte van Navigatie= alleen Engelse schepen mogen goederen van en naar Engeland vervoeren, Nederland alleen producten uit Nederland naar Engeland niet winstgevende overzeese producten. Zeeoorlogen Engeland-Ned.

Slide 11 - Slide

1652 en 1665 zeeoorlogen tussen De Republiek en Engeland
  • 2e Zeeoorlog: Michiel de Ruyter viel de Engelse marinehaven Chatham aan en verwoestte de schepen, het Engelse vlaggenschip de Prince Charles nam hij mee naar de Republiek. 
  • 1674: Vrede van Westminster=> Engeland krijgt de kolonie Nieuw Nederland met Nieuw Amsterdam. De Republiek kreeg Suriname waar handelaren suikerrietplantages begonnen om veel winst te maken.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Plantagekolonie Suriname
  • Er waren verschillende plantagekolonies: katoen-, suiker-, koffie- of tabaksplantages, meestal met slavernij.

  • Veel slaven vluchtten weg het bos in:  de marrons/bosnegers probeerden te overleven door het overvallen van plantages voor voedsel, vrouwen, bevrijden van slaven.

Slide 14 - Slide

  •  1 juli 1863: afschaffing  slavernij Nederland.
  • Slavenhouders werden gecompenseerd voor het verlies van hun levend kapitaal ('hun bezit'). De slaven kregen niets.
  • Het werk op de plantages werd nu door contractarbeiders uit Nederlands-Indië en India gedaan. Zij kregen zulke contracten dat terugkeer eigenlijk niet mogelijk was. 
  • Elk jaar vieren Ned., Suriname het Ketikoti-feest: verbreken van de ketenen.

Slide 15 - Slide

Schrijf de antwoorden op de volgende toetsvragen in je schrift of in een bestand.
a. Leg de oorzaak van de oprichting van de WIC uit en noem 2 gevolgen daarvan.
b. Leg uit waarom er vanuit fort El mina steeds meer nieuwe slaven bleven komen.
c. Leg uit waarom het vanuit de christelijke leer vreemd is dat er geen kritiek kwam van de kerken op de slavernij.
d. Leg het verband uit tussen het ontstaan van een wereldeconomie en de Acte van Navigatie.

Slavenfort el Mina

Slide 16 - Slide