SP_PA1_H2_Estar + location

¡Hola!
1 / 12
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

¡Hola!

Slide 1 - Slide

Wat gaan wij vandaag doen?
- Het werkwoord ESTAR leren. (R)

- Het werkwoord ESTAR gebruiken om te praten over waar iets is. (T1 & T2)

- Meer over jezelf vertellen in het Spaans. (I)

Slide 2 - Slide

Yo me presento...
Me llamo... Mariana Mozdzer (Ik ben... je naam)

Yo tengo...50 años (Ik ben... je leeftijd)

Yo soy... argentina (Ik ben...je nationaliteit)

Yo vivo en... La Haye (Ik woon in... je stad, buurt)
Schrijf het op in je schrift!

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

¿Dónde está ...?
Está...
enfrente = tegenover
al lado = naast
cerca = dicht bij
lejos = ver
aquí = hier
allí = daar

¿Qué hay en la ciudad? 
Hay...

Slide 5 - Slide

Hieronder lees je een telefoongesprek tussen de vader van Pedro en Jorge en Pedro. Zet de juiste vorm van estar in de onderstaande zinnen. 

1 Padre: Pedro y Jorge, ¿dónde __________________________________________? 

2 Pedro: Jorge y yo ___________________________________ en el centro comercial.

3 Padre: Muy bien, yo ______________________________________ en la biblioteca.

4 Pedro: Hm, la biblioteca, ¿dónde _________________________________________?

5 Padre: En el centro. Tus primos _______________________________ aquí también.

Slide 6 - Slide

Je gebruikt ESTAR voor:
A
Gevoelens
B
Permanente eigenschappen
C
Locatie weergeven
D
Nationaliteit

Slide 7 - Quiz

Is de zin juist of onjuist?
Yo soy en el supermercado
Juist
Onjuist

Slide 8 - Poll

Is de zin juist of onjuist?
Ella está española
Juist
Onjuist

Slide 9 - Poll

Is de zin juist of onjuist?
El es inteligente
Juist
Onjuist

Slide 10 - Poll

Oefenen!
Werkboek: D-Toets op bdz. 28 (H1)
Online: H1, Oefentoets v.a. opdracht 6

Slide 11 - Slide

¡Gracias!
¡Adiós!

Slide 12 - Slide