Leerjaar 1- p3 - datum en tijd en meetkundig begrip les 3

Startopdracht les
1. Zet je tas op de grond.
2. Pak je laptop + je pen en rekenschrift
4. De rest van tafel.
5. Wacht rustig tot dat we starten.
1 / 22
next
Slide 1: Slide
RekenenVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Startopdracht les
1. Zet je tas op de grond.
2. Pak je laptop + je pen en rekenschrift
4. De rest van tafel.
5. Wacht rustig tot dat we starten.

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat gaan we doen?
  1. Welkomwoordje 
  2. Herhaling omrekenen met tijd en hulpkaart 
  3. Uitleg voorvoegsels Meetkunde
  4. Uitleg Referentiematen 
  5. Uitleg Plaats van de komma.
  6. Aan de slag in numo; Sprongtoets meten en meetkunde
  7. Afsluiten

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
1. Aan het eind van de les weet je welke onderwerpen er in periode 3 zijn.
2. Aan het eind van de les weet je hoe de lessen per week verlopen.
3. Aan het eind van de les weet je wat je voor de volgende les nodig hebt en gaat doen.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Wat heb je nodig?

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Hulpkaarten
Datum en tijd
Analoge klok
Digitale klok
Rekenen met tijd
Etmaal 
Je vind ze op google classroom

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Herhaling Tijd omrekenen

Slide 7 - Slide

met voorbeeld vragen uit boek.
Voorvoegsels
Lengte-, inhouds- en gewichtsmaten kunnen voorvoegsels hebben. Kijk maar naar de volgende voorbeelden:

kilogram   kilometer   decimeter   deciliter 
centimeter   centiliter   milligram   millimeter 

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

De voorvoegsels
kilo
1000
duizend
hecto
100
honderd
deca
10
tien
deci
0,1
een tiende
centi
0,01
een honderste
milli
0,001
een duizendste

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Maten en voorvoegsels

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Het voorvoegsel 'hecto' betekent
..............
A
1000
B
10
C
100
D
10 000

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions


Het voorvoegsel deci betekent  . . .
A
100
B
10
C
1/10
D
1/100

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Referentiematen gewicht

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Referentiematen inhoud

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Zet deze boodschappen van licht naar zwaar.
1. Lichtst
2. iets zwaarder
3. Zwaarst

Slide 17 - Drag question

Nodig: klein zakje chips, 1 pak suiker, 1 pak rijst

Laat de antwoorden door de leerlingen controleren door ze de verpakkingen te laten voelen. Dat mag ook al tijdens het maken van de vraag.
In een uur fiets je ongeveer 15 ???
Welke referentiemaat?

Slide 18 - Open question

This item has no instructions

Hulpkaarten
Komma getallen

Je vind ze op google classroom

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Maakwerk
timer
20:00
Wat ga je doen
Aan de slag met Taak NUMO
Hoe ga je dit maken?
Alleen. Zelfstandig.
In stilte. 

Dus rustig zijn. 
Anderen mogen geen last hebben.

Ben je klaar? 
Numo - Start -> Maak 'domein verhoudingen'.
LET OP! 
Het stoplicht.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Zet de komma op de juiste plaats:
8,4 x 7,6 = ____
A
0,6384
B
6,384
C
63,84
D
638,4

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Afsluiting
Wacht tot de bel met opruimen.
Blijf zitten tot de bel.

Slide 22 - Slide

This item has no instructions