Maandag 19 mei "de" en "het" woorden

Wat ga je leren in deze paragraaf?

Aan het eind van de paragraaf kan/weet je:

  1. opzoeken of iets een mannelijk, vrouwelijk of onzijdig woord is;
  2. wanneer je de woorden deze, dit, die en dat moet gebruiken.
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Wat ga je leren in deze paragraaf?

Aan het eind van de paragraaf kan/weet je:

  1. opzoeken of iets een mannelijk, vrouwelijk of onzijdig woord is;
  2. wanneer je de woorden deze, dit, die en dat moet gebruiken.

Slide 1 - Slide

De les

Deze les gaan we het hebben over:

*de-woorden
*het-woorden

*mannelijke, vrouwelijke en onzijdige woorden
*die, deze, dat, dit

Slide 2 - Slide

Hoe herken je mannelijke, vrouwelijke of onzijdige woorden?
Door het op te zoeken in het woordenboek!

ook digitaal... www.vandale.nl

Slide 3 - Slide

lesdoel
mannelijke, vrouwelijke en onzijdige woorden herkennen

Slide 4 - Slide

Is het woord mannelijk, vrouwelijk of onzijdig?
A
mannelijk
B
vrouwelijk
C
onzijdig
D
geen idee

Slide 5 - Quiz

die
dat
dit
deze
de-woord
het-woord 
de-woord
het-woord 

Slide 6 - Drag question

Welke verwijswoorden gebruik je bij het-woorden en welke bij de-woorden?
dit
de-woorden
die
deze
dat
het-woorden

Slide 7 - Drag question

De-woorden 
Het-woorden
deze/die
dit/dat

Slide 8 - Drag question

Welke bewering is waar?
A
Bij onzijdige woorden gebruik je de verwijswoorden dit en dat.
B
Bij onzijdige woorden gebruik je het lidwoord 'de'.
C
Bij mannelijke woorden gebruik je de verwijswoorden 'dit' en 'dat'.
D
Bij vrouwelijke woorden gebruik je alleen het verwijswoord 'deze'.

Slide 9 - Quiz

Hoe zie je in een woordenboek dat een woord mannelijk, vrouwelijk of onzijdig is?
timer
0:20
A
Door de, het of een
B
Door (m), (v) of (o)
C
Door in, uit of over
D
Door (m), (w) of (i)

Slide 10 - Quiz

Is het woord mannelijk (m),
vrouwelijk (v) of onzijdig (o)?
Koningin
timer
0:30
A
m
B
v
C
o

Slide 11 - Quiz

Is het woord mannelijk, vrouwelijk of onzijdig?
A
mannelijk
B
vrouwelijk
C
onzijdig
D
geen idee

Slide 12 - Quiz

Dus...
Die en deze horen bij een de-woord.
Dat en dit horen bij een het-woord.

Slide 13 - Slide

Mannelijk, vrouwelijk of onzijdig?
Zelfstandige naamwoorden zijn mannelijk, vrouwelijk of onzijdig.

mannelijk                           de-
vrouwelijk                           woorden

onzijdig                                het-
                                                  woorden

Slide 14 - Slide

Mannelijk, vrouwelijk en onzijdig

Slide 15 - Slide

Weet je niet of een woord mannelijk, vrouwelijk of onzijdig is? Zoek het dan op in het woordenboek.

Slide 16 - Slide

Is het woord mannelijk (m),
vrouwelijk (v) of onzijdig (o)?
Tijdschrift
timer
0:30
A
m
B
v
C
o

Slide 17 - Quiz

Huiswerk voor di 20 mei
Maken opdr. 25 t/m 28

Kijk naar taal
de - woorden en het - woorden
Mannelijk/ vrouwelijke en onzijdige woorden


Slide 18 - Slide